Italiaanse vicepremier noemt Afrikanen 'nieuwe slaven'
De Italiaanse vicepremier en minister van Binnenlandse Zaken Salvini heeft opnieuw van zich doen spreken met een racistische uitspraak over migranten. Op een besloten bijeenkomst over immigratie en veiligheid in Wenen vergeleek hij Afrikanen met slaven.
Salvini is de leider van de uiterst rechtse partij Lega en voert sinds hij minister is een stringent anti-immigratiebeleid. "Ik hoor zeggen dat we immigranten nodig hebben omdat de bevolking vergrijst. Ik zie dat heel anders", zei hij.
"Ik word met belastinggeld betaald om onze jongeren te helpen weer kinderen te krijgen, zoals dat een paar jaar geleden ook gebeurde. Niet om het puikje van de Afrikaanse jeugd hierheen te halen dat de plaats inneemt van Europeanen die geen kinderen meer krijgen. Misschien dat ze dat in Luxemburg willen, maar in Italië moeten onze kinderen weer kinderen krijgen, in plaats van dat we nieuwe slaven binnenhalen als vervanging van de kinderen die wij niet krijgen."
Ho, ho, ho!
De opmerkingen zijn naar buiten gekomen omdat Salvini er een filmpje van heeft gepost op zijn Facebookpagina. De vergelijking was meteen al tegen het zere been van de Luxemburgse minister Asselborn van Buitenlandse Zaken en Immigratie. Die zat enkele plekken bij Salvini vandaan en wond zich zichtbaar op over de opmerkingen van de Italiaan, die hij uiteindelijk in de rede viel. "Ho, ho, ho!"
"In Luxemburg waren er tientallen Italiaanse immigranten", zei de minister, verwijzend naar de Zuid-Europeanen die in de jaren 60 naar Noordwest-Europa kwamen om te werken. "Ze kwamen als migrant en werkten in Luxemburg, zodat jullie in Italië geld hadden om je kinderen groot te brengen, verdomme! (Merde alors!)", aldus een woedende Asselborn.
De conferentie van ministers en hoge ambtenaren was georganiseerd door Oostenrijk, dat momenteel het roulerend voorzitterschap van de Europese Unie bekleedt. Later vandaag houdt Salvini een gezamenlijke persconferentie met de Oostenrijkse vicekanselier, de rechts-populistische Heinz-Christian Strache.