Herstel pensioenfondsen hapert, kans op korting blijft
Het herstel van de grote Nederlandse pensioenfondsen is gestagneerd. De vijf grootste bedrijfstakfondsen melden dat hun financiële positie is verslechterd door dalende beurskoersen. Daardoor blijft verhoging van het pensioen van veel Nederlanders voorlopig waarschijnlijk uit.
Eind januari zeiden de grote pensioenfondsen nog dat ze er iets beter voor stonden. Maar het pensioenfonds voor ambtenaren en leraren (ABP), pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW), het pensioenfonds voor de Bouw (BpfBouw) en de metaalfondsen (PME en PMT) melden nu dat de dekkingsgraad in het eerste kwartaal van 2018 licht is gedaald. De dekkingsgraad laat zien of de fondsen voldoende bezitten om aan toekomstige verplichtingen kunnen voldoen.
De fondsen wijten de verslechterde financiële positie aan de dreigende handelsoorlog tussen China en de Verenigde Staten. Tegelijkertijd liep de rente in de VS het afgelopen kwartaal juist op. Gevolg was dat de beurskoersen daalden en de fondsen negatieve rendementen behaalden over hun beleggingen.
Kans op korting blijft
ABP, PFZW, PME en PMT verwachten dat de pensioenen de komende vijf jaar niet of nauwelijks zullen meegroeien met de inflatie. De fondsen waarschuwen dat er nog altijd een kans op korting is. ABP meldt bijvoorbeeld: "De kans dat ABP de pensioenen in 2019 moet verlagen is heel klein. Voor de volgende jaren blijft de kans wel aanwezig."
Pensioenfonds BpfBouw staat er beter voor. Het fonds zag zijn financiële positie iets verslechteren, maar verhoogde de pensioenen begin dit jaar wel. "Wij streven ernaar om in de toekomst de pensioenen nog verder te kunnen verhogen", zegt bestuursvoorzitter Jan Ruis op de website.