VN wil met hulp naar Oost-Ghouta, maar het is de vraag of het lukt
De VN en partnerorganisaties willen vandaag hulpgoederen brengen naar de noodlijdende bevolking van de Syrische regio Oost-Ghouta. Het gaat om een konvooi van 46 vrachtwagens met voedsel en medicijnen voor 70.000 mensen. Volgens de VN worden er meer konvooien voorbereid.
NOS-correspondent Marcel van der Steen is sceptisch over de kans dat het hulpkonvooi de bevolking van Oost-Ghouta kan bereiken. Zaterdag zei Unicef dat het de toezegging had dat het vandaag een konvooi met hulp het gebied kon laten binnenrijden, maar dat is niet gelukt.
President Assad zei gisteren dat de militaire operatie tegen rebellen in Oost-Ghouta doorgaat. Volgens hem kunnen burgers het gebied wel verlaten, maar hij zei er niet bij hoe dat veilig kan.
Machteloos
Volgens Van der Steen staat de internationale gemeenschap vrij machteloos. Rusland blijft de troepen van president Assad steunen, de VS houdt zich in het gebied afzijdig en Europa heeft er te weinig invloed. De Franse president Macron doet zijn best, maar kan volgens Van der Steen ook weinig uitrichten.
Van de wapenstilstand die de VN-Veiligheidsraad ruim een week geleden uitriep is niets terechtgekomen. Dat geldt ook voor de dagelijkse gevechtspauze die de Russische president Poetin heeft bevolen.
Het Syrische leger heeft de afgelopen dagen ongeveer een kwart van het rebellenbolwerk veroverd, schat het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten in Engeland.
In een verklaring van het Syrische leger staat dat overheidstroepen sinds de nacht van zaterdag op zondag zeker zes dorpen rond de rebellenenclave ten oosten van Damascus hebben veroverd.
Het aantal van zes dorpen wordt niet door andere bronnen bevestigd. Wel heeft een woordvoerder van een rebellengroep tegen persbureau Reuters gezegd dat ze zich noodgedwongen hebben teruggetrokken om te hergroeperen.
Het enige andere rebellenbolwerk dat er nog is, is bij Idlib. Inwoners van Oost-Ghouta die niet onder president Assad willen leven, zouden volgens Van der Steen wel naar Idlib willen vluchten, maar dat is onmogelijk.
Het huis van Mohammad werd op 22 februari gebombardeerd. Sindsdien zoekt hij in het puin elke dag naar zijn zoon:
Volgens ooggetuigen wordt Oost-Ghouta, een van de laatste rebellenbolwerken in Syrië, voortdurend gebombardeerd. De humanitaire situatie is er abominabel. De 400.000 inwoners kunnen nauwelijks vluchten, omdat er geen veilige weg naar buiten is.
De bombardementen zouden de afgelopen twee weken zeker 600 levens hebben geëist.
Het Syrische leger rechtvaardigt het offensief met het argument dat de regio moet worden vrijgemaakt van terroristen. In de laatste verklaring staat dat bij de recentste bombardementen een groot aantal terroristen is gedood.
Het Witte Huis gaf vanavond een felle verklaring uit, gericht aan het adres van Moskou. Volgens de Verenigde Staten neemt Rusland de VN-resolutie niet serieus en gaat het door met "het doden van onschuldige burgers onder het mom van een anti-terreuroperatie". Van 24 tot en met 28 februari heeft Rusland volgens het Witte Huis dagelijks zeker twintig bombardementen uitgevoerd op rebellengebied in Damascus en Oost-Ghouta.