Onderzoek: pestkoppen op middelbare school populairder
Remy Hersbach
redacteur Online
Remy Hersbach
redacteur Online
Het is een boodschap die je als ouder niet graag wilt horen, maar het pesten van kinderen op middelbare scholen lijkt te worden beloond met populariteit in de klas. Tot die conclusie komt gedragswetenschapper Loes Pouwels van de Radboud Universiteit na onderzoek naar pestgedrag op basisscholen en middelbare scholen.
Uit haar onderzoek komt naar voren dat pesters op de middelbare school populairder zijn dan op de basisschool en de 'verdedigers' van pestslachtoffers juist minder populair. "Naarmate jongeren ouder worden, vinden ze het steeds belangrijker om populair te worden in de klas en een belangrijke positie in te nemen in de groep", vertelt Pouwels. "Tegelijkertijd krijgen ze steeds meer inzicht in strategieën die daaraan kunnen bijdragen. Pesten is daar een van."
Pouwels heeft vier jaar aan haar onderzoek gewerkt en promoveert donderdag. "Op jongere leeftijd zijn ze fysieker en directer, het pesten uit zich bijvoorbeeld in het uitschelden van kinderen. Dat verandert in de loop van de tijd. Als ze ouder worden laten ze vaker vormen zien van roddelen, buitensluiten en negeren."
Gevolgen
De onderzoekster benadrukt dat het de kinderen niet gaat om aardig gevonden te worden, maar dat ze vooral meer invloed willen in de klas. Volgens Pouwels kunnen haar bevindingen gevolgen hebben voor de protocollen die er zijn op het gebied van pestpreventie. "We zien dat er nog heel weinig beschikbaar is wat veelbelovend is voor middelbare scholen. Zeker als je kijkt naar een schoolbrede aanpak die zich richt op het groepsproces in de klas."
Je kan bijvoorbeeld jongeren aanmoedigen om gepeste kinderen te verdedigen, maar als dat nadelig is voor hun populariteit dan zullen ze dat niet snel doen, zegt de onderzoekster. "Er moet meer aandacht komen voor specifiek de middelbare school, met name gericht op de populariteit in de klas."
Zicht op de groep
Een groot verschil tussen de basisschool en middelbare school is dat bij de basisschool vaak één juf of meester per groep voor de klas staat, zegt Ellen Hondius van de Stichting School en Veiligheid. Dit terwijl op de middelbare school kinderen van klas naar klas gaan in een wisselende samenstelling. "Het zicht houden op de groep is dan veel lastiger."
De stichting organiseert onder meer de Week tegen het Pesten en helpt kinderen via de website Pestweb.nl. Hondius zegt dat ze veel contact heeft met kinderen die merken dat er gepest wordt, maar die het lastig vinden om er wat aan te doen. "Dan zie je dat ze het niet durven afkeuren, omdat ze bijvoorbeeld niet buiten de groep willen vallen. Dat vinden ze vaak lastig."
Uit de veiligheidsmonitor van 2016 blijkt dat het aantal kinderen dat gepest wordt, is teruggelopen. Toch is het helemaal uitbannen ervan een illusie, denkt Hondius. "Maar je kunt het pesten wel tegengaan. Door er meer aandacht aan te besteden, of bijvoorbeeld erover te praten met kinderen. Het heeft ook te maken met het zelfvertrouwen van kinderen. Iedereen wil een mooi meisje of leuke jongen zijn, maar als je gepest wordt, doet dat wat met je zelfvertrouwen. Het is een heel lastig proces."
Verhinderen
Een rector van een middelbare school in West-Brabant, die niet bij naam genoemd wil worden, denkt dat er wel wat gedaan kan worden aan de pestkoppen. "We hebben een uitgebreid protocol en besteden veel aandacht aan sociale weerbaarheid in kinderen. Daarbij kijken we ook uitgebreid naar de omstanders in de klas. Ik denk we daarmee verhinderen dat de pestkoppen de populaire leerlingen in de klas worden."
Als je je alleen maar richt op de gepeste kinderen en de pestkoppen, zoals we vroeger deden, dan red je het niet.
Programmadirecteur Wim Gorissen van het Nederlands Jeugdinstituut, dat kennis deelt op het gebied van interventieprogramma's, zegt dat het promotieonderzoek een nieuwe stap is in de doorontwikkeling van de programma's. "Als je je alleen maar richt op de gepeste kinderen en de pestkoppen, zoals we vroeger deden, dan red je het niet. Je moet een schoolbrede aanpak ontwikkelen voor sociale veiligheid op school, zodat leraren op dezelfde systematische manier ermee om kunnen gaan."
Gorissen wijst op het KiVa-project waar het Jeugdinstituut bij betrokken is. Dat is een interventiemodel naar Fins voorbeeld, dat nu op sommige basisscholen in Nederland wordt gebruikt.
Het systeem, dat de oplossing in de groep zoekt, in plaats bij van individuen, wordt nu ook voor middelbare scholen ontwikkeld. "De kennis hierover wordt steeds groter, daar moet je wat mee. Met een veilig klimaat op schoolniveau kun je voorkomen dat er gepest wordt. Anders ben je aan de achterkant aan het dweilen, terwijl je de kraan niet dichtdoet."