Geweld in Myanmar: wat kan Nobelprijswinnares Aung San Suu Kyi doen?
Mitchell van de Klundert
redacteur Online
Mitchell van de Klundert
redacteur Online
Tienduizenden Rohingya zijn op de vlucht geslagen voor het geweld in Rakhine, een deelstaat van Myanmar aan de grens met Bangladesh. De Rohingya zijn islamitisch en worden gezien als tweederangsburgers in het verder boeddhistische Myanmar.
Al jaren strijden de Rohingya voor gelijke rechten. Bij gevechten vallen veel onschuldige burgerdoden. Volgens de VN zijn er in gebied "waarschijnlijk misdaden tegen de menselijkheid gepleegd". Hulporganisaties spreken zelfs van genocide.
Opvallend genoeg spreekt de regeringsleider van Myanmar, Nobelprijswinnares Aung San Suu Kyi, zich amper uit over het geweld. De naar Nederland gevluchte Rohingya Sazaat Ahammed zei vandaag in het Radio 1-programma Nieuws en Co: "We verwachten van haar dat ze het opneemt voor ons. Ze zegt dat ze geen macht heeft, maar dat zijn smoesjes, ze heeft alle macht."
NOS-correspondent Michel Maas is het maar gedeeltelijk met die uitspraak eens. "Ze doet niks en het lijkt er zelfs op dat ze helemaal niks wil doen", zegt hij in hetzelfde programma.
Er zijn verzachtende omstandigheden voor Suu Kyi, want échte macht heeft ze niet. Het leger maakt in Myanmar de dienst uit. Maas: "Ze mag dan wel regeringsleider zijn, de belangrijkste ministeries zijn in handen van het leger. Het leger heeft ook de absolute zeggenschap in de deelstaat Rakhine, omdat daar de staat van beleg heerst. Daar heeft haar regering niets meer te vertellen."
Bovendien kan ze niet zomaar de Rohingya helpen, zegt Maas. "Aung San Suu Kyi weet goed dat zij alleen maar de woede van haar achterban opwekt als zij het openlijk voor hen zou opnemen. Daarom zette ze oud-VN-chef Kofi Annan aan het werk, die kon wél de aanbevelingen doen die zij niet voor haar rekening kon nemen." Annan adviseerde vorige week om de Rohingya de burgerrechten terug te geven die zij in 1982 zijn verloren.
Nobelprijs
Aan de andere kant, Suu Kyi is niet de eerste de beste regeringsleider. Ze doorstond vijftien jaar huisarrest, opgelegd door het militaire bewind in Myanmar - toen nog Birma. Ze overleefde aanslagen en begon een politieke partij. In 2016 werd ze gekozen tot regeringsleider. Voor haar verzet tegen de militairen kreeg ze in 1991 de Nobelprijs voor de Vrede.
"Haar verzet was heel bewonderenswaardig, maar dat betekent niet dat zij een heilige is en dat alles wat zij doet ook goed is", zegt Maas.
Ook uit haar mond hoor je nooit het woord Rohingya.
Praktisch gezien heeft Suu Kyi weinig in te brengen tegen de macht van het leger in haar land. Ook als het gaat om de positie van de Rohingya. "Maar het is de vraag is of ze dat überhaupt zou willen, want ook uit haar mond hoor je nooit het woord Rohingya", zegt Maas.
"Uit haar mond hoor je alleen maar 'Bengali', dat betekent mensen uit Bangladesh. Zo betitelen de mensen uit Myanmar de Rohingya omdat ze willen aangeven dat ze geen echte Birmezen zijn, geen inwoners van Myanmar dus, maar illegalen en dat ze beter kunnen vertrekken."
In april sprak BBC-journalist Fergal Keane met Suu Kyi over de situatie in de deelstaat Rakhine en haar verantwoordelijkheid. Ze ontkent dat er sprake is van etnische zuiveringen, maar zegt ook dat gelijkheid voor "de mensen in Rakhine" nog jaren zal duren.
Keane leest verderop in het interview een verklaring voor van andere Nobelprijswinnaars: "Ze zeggen dat u de test van de menselijkheid niet heeft doorstaan."
"Goed.., dat is hun mening", reageert Suu Kyi.