Vermeende dochter koning Albert vangt bot bij rechter

Een rechtbank in Brussel heeft een voorlopig einde gemaakt aan de zaak tussen koning Albert II en Delphine Boël, de vrouw die zegt dat ze een buitenechtelijke dochter is van de voormalige koning. De rechter wil niet tornen aan het wettelijk vaderschap van Jacques Boël, ook al is vastgesteld dat hij niet de biologische vader is van de 49-jarige vrouw. Dat betekent dat Albert, zeer tegen de zin van Delphine Boël, niet voor het wettelijk vaderschap in aanmerking komt.

De rechtbank zegt dat dna niet bepalend is voor het wettelijke vaderschap. Delphine Boël kan als dochter van Jacques Boël worden beschouwd omdat ze bij hem is opgegroeid en omdat ze lange tijd door het leven ging als 'dochter van', aldus de rechters. Dat hij niet haar biologische vader is, zou daaraan niets afdoen.

Geen bewijs

Boël had via de rechter dna van Albert willen verkrijgen. Hoewel er sterke aanwijzingen zijn dat hij haar biologische vader is, is dat niet onomstotelijk bewezen.

Albert had in de jaren 60 en 70 een relatie met de moeder van Boël. Hij was toen getrouwd met koningin Paola. Albert heeft die relatie toegegeven, maar ondanks fysieke gelijkenissen nooit erkend dat hij Boëls vader is. De voormalige koning heeft alle contact met haar verbroken en wilde ook niet verschijnen bij de rechtszaak.