Anderhalf jaar cel voor militair die 'uitgeschakelde' Palestijn doodschoot
De Israëlische militair die vorig jaar een Palestijnse arrestant doodschoot, is veroordeeld tot 18 maanden cel. Begin januari had de rechter al bepaald dat de militair, Elor Azaria, schuldig was. Hij schoot de Palestijn door zijn hoofd terwijl die zwaargewond op straat lag.
De man had geprobeerd om samen met een ander met messen in te steken op Israëlische militairen in Hebron. Een aanvaller werd direct doodgeschoten. De ander werd gearresteerd, maar daarna dus alsnog doodgeschoten door Azaria. Het moment werd gefilmd door een mensenrechtenorganisatie.
Azaria verklaarde eerder voor de krijgsrechtbank dat hij ervan overtuigd was dat de man explosieven bij zich had en dat hij de Palestijn daarom uitschakelde. De openbaar aanklagers stelden voor de rechter dat de Palestijn onbeweeglijk op de grond lag en geen gevaar meer vormde. Ze hadden drie tot vijf jaar cel geëist; een veel lagere eis dan de maximaal mogelijke straf voor doodslag.
De rechter stelde vandaag dat Azaria geen berouw heeft getoond voor zijn actie, maar daar tegenover staat dat hij een verder volledige 'schone lei' heeft. Ook zou zijn familie het erg moeilijk hebben met het feit dat hun zoon voor de rechter moest komen.
Verdeeldheid
De zaak leidde tot verdeeldheid in Israël. Zo vond premier Netanyahu dat de rechtbank Azaria gratie moest verlenen. Bij iedere zitting protesteerden honderden Israëliërs voor het gebouw van de rechtbank in Tel Aviv; ze betuigden er hun steun aan de 20-jarige militair. Vanuit militaire hoek werd juist gezegd dat Azaria de regels had geschonden, omdat een militair alleen in levensbedreigende situaties zou mogen schieten. De zaak leidde tot een publiek debat over de mate waarin en wanneer Israëlische militairen geweld mogen gebruiken.
Palestijnen hadden gevraagd om levenslang.