'Ook na onderzoek geen duidelijkheid over risico's kunstgrasvelden'
Wetenschappers zijn het niet eens over de uitkomst van het RIVM-onderzoek naar de (on)veiligheid van sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaatkorrels. Dat blijkt uit gesprekken die de NOS heeft gehad met zes bronnen die betrokken waren bij het onderzoek. De resultaten van het onderzoek, waar voetbalclubs, ouders, sporters en gemeenten reikhalzend naar uitkijken, verschijnen morgen.
Alle betrokkenen willen anoniem blijven tot het RIVM zijn onderzoek gepubliceerd heeft. Ze roemen allemaal de degelijkheid van het RIVM-onderzoek, gegeven de korte tijd die daarvoor beschikbaar was en de lastige opdracht om vast te stellen of sporten op velden met rubbergranulaatkorrels veilig is.
"Maar het is natuurlijk geen ideale situatie om onder druk van politiek en media in zo’n korte tijd tot een oordeel te komen", zegt een van bronnen.
Geen consensus
Tussen wetenschappers blijven verschillen van inzicht bestaan over de conclusies die verbonden kunnen worden aan de onderzoeksresultaten. Geen van de gesprekspartners van de NOS verwacht dat de discussie beslecht wordt met het RIVM-onderzoek.
"Het is niet gelukt tot een mooie consensus te komen", zegt een bron. "Het is goed dat de discussie nu op tafel komt", zegt een ander. Met name het voorzorgsprincipe – better safe than sorry - speelt een belangrijke rol in de discussie.
Volgens de één moet dat zwaarder wegen dan volgens de ander. Hoogleraar hematologie Bob Löwenberg pleitte bijvoorbeeld al voor dat voorzorgsprincipe.
Onzekerheden
Kern van het wetenschappelijke debat is hoe stellig je uitspraken kunt doen over de vraag of het veilig is om te sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaatkorrels. Wat is de beste manier om de risico’s in te schatten en hoe kijkt men tegen die risico’s aan? Met betrekking tot kinderen zijn de onzekerheden nog groter dan bij volwassenen. Dat is voor alle betrokkenen een extra bron van zorg.
De onzekerheden die daarbij horen, worden benoemd in het onderzoeksrapport. "Maar onze kennis schiet tekort om alle wetenschappelijke problemen in dit verband op te lossen", zegt een bron.
"Helaas is er geen risicobeoordeling gemaakt toen begonnen is met die rubbergranulaatkorrels. Als dit probleem toen al duidelijk gesignaleerd was, hadden we intussen een heel uitvoerig onderzoek gedaan kunnen hebben."
Publiek
Voor het publiek is er maar één ding van belang: is het veilig om te sporten op kunstgrasvelden die zijn ingestrooid met rubbergranulaatkorrels of niet?
En als het onmogelijk is om daar een verantwoorde uitspraak te doen, moet dan het voorzorgprincipe gelden, met andere woorden moeten de rubbergranulaatkorrels dan dus van de velden verwijderd worden?
Zorg
"De samenstelling van de rubbergranulaatkorrels geeft reden tot zorg", zegt een van onze gesprekspartners. Die rubbergranulaatkorrels bevatten paks, nitrosaminen en zware metalen die bewezen kankerverwekkende en andere ziekmakende eigenschappen hebben.
Over de blootstelling aan die stoffen door sporten op rubbergranulaatkorrels maakt dezelfde bron zich minder zorgen. "Het gaat er dus om hoe je de onzekerheden beoordeelt en daarom zal de discussie doorgaan."
Dat zou ertoe kunnen leiden dat er een voorstel komt om bijvoorbeeld de Gezondheidsraad te vragen een uitvoeriger onderzoek te doen, waarin meteen de alternatieven voor de rubbergranulaatkorrels bekeken worden. Naar de veiligheid van die alternatieve producten is ook nauwelijks onderzoek gedaan.
Veiligheid
Het RIVM zelf zegt ook dat het geen uitsluitsel kan geven over de veiligheid van het sporten op velden met rubbergranulaatkorrels. Blootstelling aan kankerverwekkende stoffen leidt vaak pas tientallen jaren later tot kanker.
"Na oplevering van de resultaten zal er dus onzekerheid blijven", aldus het verslag van een bijeenkomst van een zogenoemde maatschappelijke klankbordgroep, die het RIVM heeft ingesteld om het onderzoek te begeleiden.
"De vraag 'is het veilig om te sporten op kunstgras met rubbergranulaat?", zal niet met volledige zekerheid beantwoord kunnen worden", valt verder in dat verslag te lezen. "Ook de vraag 'is het veiliger om op rubbergranulaat of op ander materiaal te sporten?' zal niet beantwoord kunnen worden."
Gepasseerd station
Tegelijk lijkt de hele discussie over het RIVM-onderzoek een enigszins gepasseerd station. Bijna alle bronnen die we gesproken hebben gaan ervan uit dat de velden met rubbergranulaatkorrels hun langste tijd gehad hebben.
In hun ogen gaat het er alleen nog om of ze meteen vervangen moeten worden of pas als ze aan het eind van hun levensduur zijn.