AR-15: Amerika's favoriete wapen, ook voor terroristen
"Ik noem ze mijn schatjes", bekent Jim Brown, manager van een wapenwinkel in Noord-Florida. Ook moet hij toegeven dat hij met sommige vuurwapens in zijn privécollectie zo'n speciale band heeft, dat hij ze namen heeft gegeven. "Welke verklap ik niet, want ze zijn niet allemaal even netjes", grinnikt hij.
In de vip-ruimte van Scott's Outdoor Sports ruikt het naar gelakt hout. De prachtig onderhouden vitrines tonen het beste wat de winkel te bieden heeft. Pronkstuk is de miljoenste Browning, compleet met certificaat en ingelegd met goud en zilver. Aan de kolf hangt een prijskaartje van 75.000 dollar. "Voor de speciale klant. Maar daarvoor bent u natuurlijk niet hier."
Brown verlegt zijn blik naar een tafel in het midden van de kamer. Daar liggen vier vrijwel identieke geweren uitgestald. De een wat meer uitgedost dan de ander, maar allemaal onmiskenbaar AR-15's; Amerika's meest geliefde en dus meest verkochte aanvalswapen.
"Dit is een goed instapmodel", zegt Brown, terwijl hij het lichtste exemplaar oppakt en tegen zijn borst drukt. "Kinderen kunnen hiermee schieten en vrouwen of ouderen."
Op de vraag of hij dit wapen inderdaad aan kinderen zou toevertrouwen, gniffelt hij en twijfelt hij even over de kracht waarmee hij zal antwoorden: "Nou meneer, in dit deel van Amerika wel, ja."
Vuurwapens familietraditie
Welkom in het zuiden van de Verenigde Staten. De Deep South, waar vuurwapens een gevierde familietraditie zijn. Ouders nemen hun kroost mee op jacht of boeken een middag op de schietbaan. Brown zelf, inmiddels de zestig gepasseerd, kreeg zijn eerste geweer op 6-jarige leeftijd.
Met iedere afgevuurde kogel vieren mensen hier hun trots, hun grondrecht op het bezit van wapens en vooral: hun onafhankelijkheid van de bemoeials in Washington D.C.
"Niemand kan ons verbieden om wapens te hebben, laat staan ze afpakken", bromt Brown, die ervan overtuigd is dat de regering-Obama uit is op een totaalverbod op wapens.
Je kunt er de klok op gelijk zetten. Na iedere 'superschietpartij' breekt de discussie over strengere wapenwetten in Amerika weer los. Dat was niet anders na de aanslag op de gay club Pulse in Orlando, vorige maand.
Omar Mateen schoot daar 49 bezoekers dood met een Sig Sauer MCX semi-automatisch aanvalsgeweer; weliswaar geen lid van de 'AR-15-familie', maar met een vergelijkbaar ontwerp en een even eenvoudig en effectief bedieningsgemak.
Dat maakt dit type assault rifle de het favoriete wapen van terroristen en andere kwaadwillenden, die zoveel mogelijk slachtoffers willen maken in een zo kort mogelijke tijd.
Recente schietpartijen met AR-15-type wapens
Jaartal | Locatie | Dader(s) | Wapen | Slachtoffers |
2012 | Aurora, bioscoop | James Holmes | Smith & Wesson M&P15 | 12 doden, 70 gewonden |
2012 | Newton, school | Adam Lanza | Bushmaster XM15-E2S | 28 doden, 2 gewonden |
2015 | Chattanooga, rekruteercentrum leger | Muhammad Abdulazeez | AR-15, AK-47 | 5 doden, 2 gewonden |
2015 | San Bernardino, regionaal centrum | Syed Farook, Tashfeen Malik | DPMS A-15, Smith & Wesson M&P15 | 14 doden, 21 gewonden |
2016 | Orlando, nachtclub | Omar Mateen | Sig Sauer MCX | 50 doden, 53 gewonden |
Het verbieden van vuurwapens is niet het doel van de voorvechters van strengere wapenwetten. Wapenbezit is immers vastgelegd in het tweede amendement op de Amerikaanse grondwet.
Critici hebben wél grote moeite met het gemak waarmee kwaadwillenden en geesteszieken zulke extreem zware oorlogsmachines kunnen kopen.
Niet mogen vliegen, wel wapens kopen
Na Orlando was de maat voor een aantal Democratische Congresleden vol. Ze namen bezit van het Huis van Afgevaardigden en hielden er ruim een etmaal een sit-in.
Ze eisten onder meer een einde aan de zogeheten Terror Gap; een opvallende maas in de wet, waarbij mensen die worden onderzocht op mogelijke banden met terrorisme worden, niet meer mogen vliegen (uit angst voor een nieuwe 11 september), maar nog wél een wapen kunnen kopen.
Dat gebeurde ook in Orlando. Dader Mateen was verschillende keren door de FBI ondervraagd, en had zelfs even op een zogeheten 'terrorism watch list' gestaan. Toch kon hij vlak voor zijn misdaad gewoon legaal een aanvalswapen kopen.
Onder de slogan 'No-Fly, No-Buy' eisen Congresleden dat dat zo snel mogelijk stopt. En ze krijgen daarin steun van ruim 90 procent van de Amerikaanse bevolking. Zelfs driekwart van alle leden van de NRA, Amerika's machtigste wapenvereniging, ziet een dergelijke aanpassing van de wet zitten.
Invloed wapenlobby
Wat weerhoudt het Congres dan? De NRA-directie zelf. Die blijft fel tegen elke inperking van het recht op wapenbezit. En aangezien de wapenlobby de politieke campagnes van een groot deel van de Congresleden in Washington sponsort, is er weinig hoop dat het ooit tot een substantiële verandering komt.
Wapenhandelaar Jim Brown worstelt enorm met de situatie. Hij wantrouwt elke poging van de regering om het wapenbezit te reguleren, maar hij zag de beelden van het bloedbad natuurlijk ook.
"Het spijt me zeer dat er mensen zijn gedood. Ik vind het echt heel erg en zou willen dat het nooit was gebeurd", vertelt hij met een brok in de keel. Om daarna meteen een kanttekening te plaatsen: "Maar het is niet dit wapen dat de moorden pleegt."
Hij houdt de AR-15 omhoog en haalt de trekker een paar keer over: "Het is de man die er dit mee doet."