Twee jaar na 'minder Marokkanen' begint rechtszaak tegen Wilders
"Willen jullie meer of minder Marokkanen in jullie stad en in Nederland?", vroeg Geert Wilders op de avond van de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart 2014 tijdens een PVV-bijeenkomst. "Minder, minder, minder!", riepen de aanwezigen in de Haagse zaal terug. Een week eerder veroorzaakte de PVV-leider ook al ophef, toen hij zelf zei dat er minder Marokkanen moeten komen in Nederland.
De woorden van Wilders riepen direct veel reactie op. Zo nam premier Rutte afstand van de uitspraken. "Wat hij vanavond heeft gezegd, geeft mij een vieze smaak in de mond", zei hij. Hij wees erop dat hij zelf les geeft op een school met veel allochtonen. "Die hebben dit ook gezien en dat vind ik vreselijk."
Ook op sociale media en in binnen- en buitenland kwam een felle discussie op gang. Op Twitter vonden zowel Marokkanen als autochtone Nederlanders dat Wilders te ver was gegaan. Er doken veelvuldig vergelijkingen op met Adolf Hitler.
Al snel na de uitspraken sprak het OM zijn verdenkingen uit tegen Wilders. Eind vorig jaar werd de PVV-leider verhoord door de Rijksrecherche. Wilders zei daarover: "In mijn verklaring heb ik duidelijk gemaakt dat ik in mijn strijd voor vrijheid en tegen de islamisering van Nederland me nooit door iemand de mond zal laten snoeren." Hij bevestigde dat hij de gewraakte uitspraken heeft gedaan, maar ontkende daarmee te discrimineren.
Een paar dagen later besloot het OM om Wilders te vervolgen voor zijn uitspraken. Volgens het OM heeft hij daarmee een groep mensen beledigd op grond van ras en aangezet tot discriminatie en haat. Ondertussen hadden ruim 6400 mensen aangifte tegen de politicus gedaan.
Strafdossier
Ruim vijf maanden later, in mei dit jaar, volgde een eerste regiezitting. Daarin spoorde het OM de advocaat van Wilders, Geert-Jan Knoops, aan om tempo te maken met het indienen van onderzoekswensen voor de rechtszaak tegen de PVV-leider. In januari had Knoops het strafdossier al gekregen, met het verzoek onderzoekswensen kenbaar te maken. Eind maart kreeg de verdediging de laatste stukken voor de zaak, maar het was nog altijd onduidelijk welke getuigen moesten worden opgeroepen.
In september liet de rechtbank in Den Haag weten dat het proces tegen Wilders op zijn vroegst pas in 2016 zou beginnen. Volgens de rechtbank was er geen sprake van vertraging, maar gaat het om een bijzondere zaak en vergt de afronding van de voorbereidende onderzoeken veel tijd.
Verdediging
Vorige week werd duidelijk dat Wilders in het proces alsnog getuigen en deskundigen mag horen. In eerste instantie had de rechter-commissaris Wilders' verzoek om 39 mensen te horen, afgewezen. Wilders ging tegen het besluit in beroep en de raadkamer van de rechtbank gaf hem deels zijn zin. Wilders vreesde toen dat hij geen eerlijke kans zou krijgen om zich te verdedigen.
Vandaag werd bekend dat de eerste openbare zitting in de strafzaak tegen de PVV-voorman op 18 maart 2016 is, twee jaar en een dag na de uitspraken. Het gaat dan opnieuw om een regiezitting waarbij de balans wordt opgemaakt van het onderzoek door de rechter-commissaris en wordt gekeken of het OM en de verdediging nog onderzoekswensen hebben.