'Rechercheurs effectiever tegen liquidaties dan agenten'
De inzet van meer politieagenten op straat zal het aantal liquidaties niet terugdringen, zegt politiewetenschapper aan de Vrije Universiteit Jaap Timmer. Het ministerie van Justitie heeft honderden agenten beschikbaar gesteld om deze vorm van criminaliteit aan te pakken, maar dat is volgens Timmer niet de oplossing. "Het veel belangrijker om te investeren in de recherche", zegt Timmer in het NOS Radio 1 Journaal.
"Een gewone wijkagent treedt doorgaans heel voorzichtig op als hij getuige is van een liquidatie zoals gisteren in Zaandam", zegt Timmer. "Een agent zal in zo'n geval geen aanhouding verrichten, want dat is een taak van arrestatieteams. Die zijn zwaar bewapend en goed getraind. Een wijkagent moet je met dat soort zaken niet lastigvallen."
Met beter recherchewerk kom je sneller in de buurt van daders van liquidaties.
Ook het zwaarder bewapenen van de wijkagenten, of de invoering van 'paramilitaire politie' zoals VVD-Statenlid Paul Slettenhaar voorstelde, is volgens Timmer niet de oplossing. "Niet realistisch en niet verstandig."
Veel bevoegdheden
Wat volgens de politiewetenschapper wel zou helpen, is het verhogen van de kwaliteit en kwantiteit van de recherche. "We moeten zorgen dat rechercheurs meer zicht kunnen krijgen op criminele groeperingen. Waarvandaan opereren ze? Wat zijn hun plannen? Op die manier kom je in de buurt bij planners en daders van dit soort liquidaties. Er zijn recent zware wapens gevonden, dus er wordt al hard gewerkt."
Volgens Timmer heeft de recherche in Nederland relatief veel bevoegdheden en daar moet dan ook gebruik van worden gemaakt. "De criminele groeperingen zijn vaak groot en opereren vaak ook over de grens. Vaak gaat het om kinderen van migranten, die binnen hun eigen taal en cultuur handelen. Het is lastig om daar zicht op te krijgen, maar met meer en beter recherchewerk kun je ver komen."
Onder het gemiddelde
In plaats van meer politieagenten kan dus beter worden geïnvesteerd in rechercheurs, zegt Timmer. "Als je in Europa kijkt hoeveel rechercheurs er zijn in verhouding met de inwoneraantallen, dan zit Nederland onder het gemiddelde. In bijvoorbeeld Duitsland, waar relatief veel meer rechercheurs werken, is het opsporingspercentage dan ook hoger."
Het kan dan ook helpen om eens over de grens te kijken, adviseert Timmer. "Er valt veel te leren van de recherche in landen als Italië, waar veel maffia-groeperingen actief zijn."
