Kijkje in de vernieuwde vleugel van het Rijksmuseum
Vanaf 1 november is de Philipsvleugel van het Rijksmuseum weer toegankelijk voor publiek. De vleugel gaat dan open na een grondige renovatie, waarmee de hele transformatie van het Rijksmuseum klaar is. NOS-verslaggever Peer Ulijn mocht alvast een kijkje nemen.
Tijdens de verbouwing van de rest van het museum was de vleugel tien jaar lang het enige gedeelte van het Rijksmuseum dat het publiek te zien kreeg. Na de heropening vorig jaar ging het bijgebouw dicht om ook gerenoveerd te worden. Dat gebeurde door dezelfde architecten van Spaanse komaf die het hoofdgebouw onder handen namen: Antonio Cruz en Antonio Ortiz.
Witte muren
"Sensation White", zo noemde directeur Wim Pijbes de kleur van de muren van de vleugel eerder al. Aan die witte muren hangen nu ruim 400 foto's uit de tentoonstelling Modern Times. Fotografie in de 20ste eeuw. Vanaf februari worden die vervangen door meer dan 80 schilderijen uit de laatste periode van Rembrandt voor de expositie Late Rembrandt.
Het bijgebouw telt een café, een restaurant en dertien zalen, waaronder een aparte zaal voor wisselende fototentoonstellingen.
Fragmentengebouw
De Philipsvleugel is ontstaan door een aantal uitbreidingen van het hoofdgebouw die architect Pierre Cuypers en zijn zoon Jos tussen 1909 en 1916 ontwierpen. Een bijzonder gedeelte is het Fragmentengebouw. Daarin zijn stukken van gesloopte gebouwen verwerkt.
De stukken van die gebouwen kwamen uit heel Nederland en moesten volgens Cuypers bewaard blijven omdat ze van historische waarde voor Nederland waren.
De fragmenten bestaan onder meer uit de bogen uit het trappenhuis van het Constantijn Huygenshuis uit Den Haag en een muur van het stallencomplex van het Kasteel van Breda.
Einde renovatie
Met de opening van de Philipsvleugel komt na jaren een einde aan de grootschalige renovatie van het Rijksmuseum. In 2000 nam het Rijk daar een besluit over, de bouwwerkzaamheden startten in 2004. De opdracht die de Spaanse architecten toen kregen luidde: breng het gebouw weer in de originele staat terug, zoals Pierre Cuypers die ooit bedoeld had.