Semra (24) verloor vorig jaar haar vader bij een auto-ongeluk. Woningcorporatie Eigen Haard zette haar daarna ook nog bijna het huis uit. En dat overkomt meer jonge mensen. En volgens de wet, mag dat gewoon.
"Twee maanden nadat ik mijn vader had begraven kwam de eerste brief binnen", zegt Semra. "Ik kreeg gewoon geen rust, geen tijd om te rouwen." Onterecht hoorde ze maandag. Een rechter oordeelde dat ze toch in het huurhuis van haar overleden vader mag blijven wonen: "Ik ben dolblij, echt een heel mooi kerstcadeau."
Maar Semra is een uitzondering, jongeren maken meestal weinig kans bij de rechter. NOS op 3 dook erin, en legt uit hoe dat komt.
Aedes, de Vereniging van Woningcorporaties, laat weten dat zij zich "ongemakkelijk voelen bij de huidige wetgeving". Na een motie in de Tweede Kamer moet een commissie op zoek gaan naar oplossingen.
Die commissie moet ook kijken naar of - en hoe - woningcorporaties de 'menselijke maat' hanteren. Mustafa, (29) die kort na elkaar beide ouders verloor, merkte daar destijds weinig van. Hij moest gewoon het huis uit: "Er was naar mijn mening gewoon geen medelijden."
Semra blijft met een vergelijkbaar gevoel achter. Ze is blij dat ze in haar huis mag blijven wonen, maar: "Dat je zo veel moeite moet doen om iemand gewoon een huis te geven. Dat voelt gewoon echt als een steek door mijn hart."