In de Nederlandse natuurgebieden worden nog altijd netten gespannen, vallen gezet, zangvogels gevangen en dieren illegaal afgeschoten. Maar hoe groot het stroopprobleem in Nederland is, weet niemand.
"Het evenwicht in de natuur raakt erdoor zoek", zegt Rolf Overdiep, voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Natuurtoezicht. "Nederlandse natuurterreinen worden behoorlijk leeggestroopt."
Reden genoeg voor NOS op 3 om zelf het bos in te duiken. Want hoe vaak komt stroperij precies voor en wat gebeurt ertegen?
Een greep uit berichten over stropen: er werd met een harpoen geschoten op Haagse zwanen en ganzen, een ree onthoofd in Hengelo en ook wild in de Limburgse natuur moest het ontgelden. Maar hoe zit het nou voor heel Nederland?
Om erachter te komen, beginnen we bij de jagersverenigingen. Maar al gauw komen we achter dat niet elke jagersvereniging bijhoudt hoeveel er wordt gestroopt. De provincies dan, hoeveel meldingen van stroperij krijgen zij?
Ook geen eenduidig beeld. Sommige provincies registreren alleen als een stroper op heterdaad wordt betrapt, andere registreren al als er sporen van stroperij worden gevonden.
Voor we verder gaan: wat is stropen eigenlijk? Een definitie: 'Stroperij is het ongecontroleerd en illegaal ingrijpen in populaties door middel van strikken, klemmen, vallen, netten, geweren, vergif, honden of kruisbogen.' Dat kan voor hobby zijn, of om er geld mee te verdienen. (In de video hierboven staan we er verder bij stil.)
We komen handen tekort om stroperij echt aan te kunnen pakken.
In onze zoektocht komen we uit bij boswachter Edwin van Keulen. Hij is een zogenoemde groene boa, een boswachter met speciale rechten, bijvoorbeeld om iemand staande te houden en te bekeuren. In een jaar tijd vulde hij een container vol met pootklemmen, fuiken en kooien die stropers achterlieten.
"Het meeste van wat hier ligt, vernietigen we. Soms volgt er een onderzoek, maar we komen handen tekort om stroperij echt aan te kunnen pakken."
Wie er niet is, betrapt ook niemand
Als niemand ons een landelijk overzicht kan geven van het aantal stroopactiviteiten, hoe kunnen we dan toch iets zeggen over de omvang?
We bellen met Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Zij beheren meer dan de helft van alle Nederlandse Natuurgebieden en vertellen ons dat ze vorig jaar 516 meldingen van stroperij registreerden.
Maar woordvoerders voegen al gauw toe dat óók die cijfers weinig zeggen over de werkelijke omvang. Stropen gebeurt vaak in de avond en nacht, de momenten dat er geen boa's zijn om te patrouilleren. En wie er niet is, betrapt ook niemand.
'Niet voldoende middelen om stroperij tegen te gaan'
Samen met de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Natuurtoezicht (KNVvN) zetten we daarop een enquête uit onder die groene boa's. Bijna honderd boa's vulden die in. Niet representatief, maar bij gebrek aan landelijk overzicht de beste indicatie die we op dit moment van het probleem kunnen geven.
Meer dan de helft van de boa's die de enquête invulden, hebben de indruk dat het aantal stroopincidenten in hun gebied toeneemt. Daarnaast maken sommigen zich zorgen over hun veiligheid in de gebieden. Meer dan 70 procent geeft aan niet voldoende middelen te hebben om stroperij tegen te gaan. Ze willen bijvoorbeeld graag een wapen of portofoon, of nachtcamera's als ze er 's nachts op uit moeten.
Onder meer omdat de stroperij is veranderd. "Ze gaan nu op pad met geluidsdempers, infrarood- en warmtecamera's", zegt voorzitter van de KNVvN Rolf Overdiep. "We snappen dat de prioriteit van de politie bij inbraken en overvallen ligt, maar willen meer aandacht voor groen."