De omvang van de vulkaanuitbarsting in Guatemala overviel de inwoners van het land. Door de explosie zijn tot nu toe 62 doden gevallen en honderden gewonden.
Bij de vulkaanuitbarsting kwam onverwacht een grote as- en stofwolk met vulkanisch materiaal mee. "Die kan wel 800 graden zijn", vertelt aardwetenschapper Lennart de Groot van de Universiteit Utrecht. "Als as met die temperatuur over je heen komt overleef je het niet."
Een deel van de mensen kon inderdaad niet op tijd wegkomen. Hoe kan het dat de ene vulkaanuitbarsting beter te voorspellen valt dan de andere? We leggen het aan je uit:
De uitbarstingen blijven volgens De Groot lastig te voorspellen. "Al zet je nog zoveel meetapparatuur op een vulkaan." Met die apparatuur meten ze onder andere de trillingen in het aardoppervlak. "In aanloop naar zo'n uitbarsting zijn er veel kleine aardbevingen en dus meer trillingen."
"In het geval van Guatemala wisten ze dat er iets ging gebeuren, maar niet wanneer precies wanneer", legt de aardwetenschapper uit. "Ook hadden ze niet verwacht dat het van deze omvang zou zijn."
De moeilijkste afweging is volgens De Groot wanneer je mensen gaat evacueren. "Eigenlijk wil je dat pas doen als de vulkaan ook echt uit gaat barsten. Als je mensen te vroeg evacueert, heb je kans dat ze terug gaan, omdat de uitbarsting bijvoorbeeld nog weken op zich laat wachten. Maar je wil natuurlijk absoluut niet te laat zijn."
