Aangepast

Ministerie verzweeg besmetting Q-koorts

Vierduizend zieken en minstens 25 doden. Dat zijn de trieste cijfers van de Q-koorts-epidemie. Een groot deel van die besmettingen was mogelijk voorkomen als informatie, al een half jaar bekend op het ministerie van Landbouw, niet was verzwegen. Dat blijkt uit een reconstructie van Nieuwsuur. Henk van Gerven, Kamerlid voor de SP, reageert in de studio.

Laboratorium-test

Toenmalig verantwoordelijk ministers Klink en Verburg hebben altijd volgehouden dat pas eind 2009 een speciale laboratorium-test beschikbaar was om Q-koorts-DNA in de melk op te sporen. Met die test konden alle besmette bedrijven worden opgespoord.

Verregaande maatregelen zouden pas mogelijk zijn als er een onderscheid kon worden gemaakt tussen besmette en niet-besmette bedrijven. Dat stelden zij onlangs ook tijdens hun verhoor onder ede bij de Nationale Ombudsman, afgelopen april.

Uit de reconstructie van Nieuwsuur blijkt dat die laboratorium-test er al veel langer was en ook werd gebruikt. Mét resultaat. Al een jaar voor de ruimingen was bekend op het ministerie van Landbouw dat bijna honderd geitenbedrijven Q-koorts-positief waren, eenderde van het aantal onderzochte bedrijven.

Onderzoek in 2008

Mede op verzoek van het ministerie wordt in de zomer van 2008 door de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) - een private organisatie die niet onder het ministerie valt - een tankmelkonderzoek gestart. Aan alle geitenbedrijven in Nederland wordt gevraagd om vrijwillig een tankmelkmonster in te leveren om bronnen van de Q-koorts op te kunnen sporen gezien het grote aantal zieke mensen.

In totaal worden melkmonsters van 300 (van in totaal 400) melkgeitenbedrijven eind 2008 onderzocht op DNA met de nieuwe labtest (PCR). Het blijkt dat ongeveer eenderde van de bedrijven positief is. Dit beeld wordt ook bevestigd door een controle-onderzoek op antistoffen in dezelfde monsters.

De voorlopige uitslagen worden eind 2008 mondeling gecommuniceerd door de GD aan het ministerie van Landbouw. Het ministerie bevestigt dit aan Nieuwsuur. Maar op dat moment wordt er niets aan de nieuwe besmette bedrijven gedaan. Ze zijn namelijk officieel niet besmet. Alleen een bedrijf met een abortusgolf is dan formeel besmet.

Laks

Peter Wever, arts-microbioloog die zelf ook veel onderzoek doet naar Q-koorts, is geschokt over het verzwijgen van informatie door de overheid. "Dit is zeer relevante informatie op het moment dat je middenin de grootste Q-koorts-uitbraak ooit bij mensen zit." Hij typeert de houding van het ministerie in Nieuwsuur als laks: "Je kan je niet permitteren dan te wachten. We hebben bij de Mexicaanse griep ook niet een jaar gewacht."

Die lakse houding op het ministerie blijkt ook uit het feit dat de ambtenaren nu aan Nieuwsuur bevestigen dat ze de minister zelf pas in juni 2009 over dit onderzoek hebben geïnformeerd. Twee maanden nadat minister Verburg op de hoogte is gesteld over dit onderzoek (uit 2008) besluit het ministerie de tankmelkmonitoring verplicht in te voeren per 1 oktober 2009.

Commerciële test

Volgens het ministerie heeft het tot oktober 2009 geduurd voordat de tankmelktest is "gevalideerd". Maar uit de reconstructie van Nieuwsuur blijkt dat de GD vanaf de zomer van 2008 gewoon een bestaande commerciële Franse test gebruikte, geschikt voor geitenmelk. Ook de Franse Q-koorts-experts Annie Rodolakis en Didier Raoult vertellen aan Nieuwsuur dat een langdurige validatie van een bestaande commerciële test onzin is. Die is namelijk al gevalideerd. In Frankrijk is al sinds 2005 ervaring met tankmelkonderzoek bij geiten, ook met een PCR test, om zo op een snelle en goedkope manier besmette kuddes op te sporen.

Onbekende studie

Nieuwsuur stuitte verder op een tot nu toe onbekende studie met daarin de resultaten van het tankmelkonderzoek van de GD van 2008 plus nog specifiek onderzoek op 12 individuele bedrijven. Het stuk is januari 2009 geschreven door een dierenarts in opleiding. Op dat moment zijn alleen bedrijven met abortusproblemen meldingsplichtig.

Maar uit het bedrijfsonderzoek blijkt dat ook bedrijven zonder een abortusgeschiedenis veel Q-koorts-DNA in de melk hebben. Zelfs soms meer dan de abortusbedrijven. De geiten scheiden ook veel bacteriën uit. In januari 2009 is dus al duidelijk dat de abortus-meldplicht lang niet alle bedrijven met bacterie-uitstoot traceren. Het onderzoek concludeert dan ook: "Screening met tankmelk geeft een goede indicatie van de aanwezigheid van de kiem op het bedrijf." Bij een positieve uitslag is het volgens de onderzoeker vrij zeker dat er dieren aanwezig zijn die de bacterie uitscheiden.

NB:

Via het ANP spreekt de woordvoerder van het ministerie de beschuldigingen van Nieuwsuur tegen. "De eerdere tests waren nog in ontwikkeling en dus niet betrouwbaar. Ze konden niet dienen als basis voor het besluit om bedrijven te laten ruimen." Volgens de woordvoerder zijn de makers van Nieuwsuur niet ingegaan op een uitnodiging voor een achtergrondgesprek over de materie.

Reactie Nieuwsuur: Nieuwsuur mailde vier vragen aan het ministerie. Die vonden ze lastig te beantwoorden. Daarop liet het departement ons weten dat wij een achtergrondgesprek konden krijgen maar daaruit konden we niet citeren. Daarop stelde Nieuwsuur voor een interview op camera te doen. Het ministerie wilde daar niet op ingaan en besloot alsnog onze vragen per mail te beantwoorden. We hebben dat verwerkt in onze uitzending. U kunt ze integraal hieronder terugvinden. In deze antwoorden vindt u niets terug over ruimen in combinatie met de validatie van de test.

Lees hier de vragen van Nieuwsuur aan het ministerie van Landbouw en de antwoorden van het ministerie (8 juni 2012)

Vragen en/of opmerkingen? Mail de makers Jane.van.Laar@Nieuwsuur.nl en/of Judith.Pennarts@Nieuwsuur.nl of volg @JanevanLaar en @JudithPennarts op Twitter.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl