Bestuurders en toezichthouders van zeker dertig schoolbesturen hebben tegelijkertijd betaalde functies bij private onderwijsadviesbureaus. Aan de ene kant leiden of controleren ze dus scholen met publiek geld, aan de andere kant werken ze als directeur, adviseur, toezichthouder of eigenaar van een onderwijsbureau in de private sector.
Dat blijkt uit onderzoek van NOS en Nieuwsuur, te zien in deze video. Daaronder lees je de verhalen van de functionarissen met dubbelfuncties.
De namen van de functionarissen zijn geanonimiseerd: zij doen niets dat niet mag van de huidige wet- en regelgeving. Hun verhalen zijn wel beschreven omdat die inzicht geven in het systeem. Daarbij zijn voor de toetsbaarheid en journalistieke transparantie ook hun organisaties genoemd.
De onderwijskoepels zeggen geschrokken te zijn van onderstaande voorbeelden en passen hun integriteitscode aan. Zij vinden dat het niet langer kan: actief zijn bij een schoolbestuur én bij een onderwijsbureau in hetzelfde gebied. Dat kan leiden tot de schijn van belangenverstrengeling, al helemaal als de betreffende organisaties onderling zakendoen.
De bestuurders en toezichthouders om wie het gaat, laten weten niet geschrokken te zijn, althans niet van hun eigen handelen. Zij zeggen allemaal integriteit heel belangrijk te vinden en het toe te juichen dat NOS en Nieuwsuur dit onderzoek gedaan hebben. Ze hebben allemaal maar één doel, zeggen ze, en dat is onderwijs voor kinderen verbeteren.
Ook zeggen zij één-voor-één dat bij hen geenszins sprake is van belangenverstrengeling of de schijn daarvan. Daarbij wijzen ze regelmatig wel naar ándere denkbeeldige voorbeelden waar volgens hen wél sprake van belangenverstrengeling speelt - die voorbeelden kwam de redactie ook daadwerkelijk tegen, maar ook in die gevallen vindt de betreffende functionaris steeds dat er geen sprake is van een ongewenste verstrengeling van belangen. Ze zeggen dat alles zo is afgesproken dat van verstrengeling geen sprake kan zijn.
Het is dus een ingewikkelde taak voor de opstellers van een nieuwe integriteitscode: want waar trekt men de grens, en wat is de schijn van belangenverstrengeling precies?
Een functionaris is ruim veertien jaar lang betrokken bij adviesbureau BMC, als consultant, directeur en partner - en doet vanuit die rol diverse adviesopdrachten voor Aloysius, een scholengroep in het speciaal onderwijs.
Eind 2019 vertrekt hij bij BMC. Begin 2021 wordt hij bestuurder bij Aloysius. Dat jaar leest hij naar eigen zeggen in de krant over een "stijgende armoede" en "kinderen die met een lege maag naar school komen". Dat moet ook bij zijn eigen scholen spelen, zo redeneert hij, en vraagt BMC om een "Aloysius Armoede Hulpteam" op te zetten. Daarbij vraagt hij niet eerst meerdere offertes op bij vergelijkbare bedrijven, maar hij kiest meteen voor BMC. "Dat bedrijf ken ik, dus dat is logisch", zegt hij.
Het Armoede Hulpteam biedt ouders met geldzorgen een "luisterend oor", geeft trainingen in de klas over armoede en verwijst door naar de juiste subsidieloketten. Zodat ze bijvoorbeeld in aanmerking kunnen komen voor een gratis matras, een schoolontbijt, gymschoenen of een winterjas. Ook helpt het team een gezin bij een fondsaanvraag voor een reis naar Marokko. Zo kon de betreffende leerling de grootouders zien.
Het hele project duurde anderhalf jaar en kostte 170.000 euro, waarvan 80.000 euro voor BMC. Volgens de functionaris zijn al zeker honderd gezinnen geholpen. Is 1700 euro per gezin niet wat veel om aan een winterjas te komen? "Haha, dat is natuurlijk waar. Echter, we gaan hier nog jaren mee door", zegt hij.
Overigens zegt de onderwijsinspectie dat de onderwijsgelden vanuit het rijk niet aan armoedeprojecten mogen worden besteed. Dat mag alleen via specifiek geoormerkte subsidies. Toch sprak de toezichthouder Aloysius er niet op aan toen ze vorig jaar een periodiek bezoek bracht aan het bestuur. Hoe dat kan? Het schoolbestuur heeft het armoedeproject wel genoemd, maar de inspecteurs vroegen niet door op de uitgaven. Het jaarverslag van 2022 was namelijk nog niet beschikbaar, zo zegt de inspectie, die naar aanleiding van onze vragen alsnog stukken heeft opgevraagd bij het bestuur.
De functionaris zegt dat er in zijn geval geen sprake is van (schijn) van belangenverstrengeling, omdat hij al weg was bij BMC. Als hij daar nou nog enig belang had gehad was het volgens hem een ander verhaal. Maar dan had hij BMC nooit ingehuurd voor zijn scholen, zegt hij. "Die gelijktijdigheid kan echt niet, dat staat haaks op de integriteitscodes."
In Zuid-Holland speelt de gelijktijdigheid wel. Het gaat om de directeur-bestuurder van het samenwerkingsband PO Midden-Holland, waar zo'n 90 scholen in de regio Gouda onder vallen. Een samenwerkingsverband is eigenlijk een bestuurslaag bóven de schoolbesturen, die ervoor moet zorgen dat kinderen die extra begeleiding of speciaal onderwijs nodig hebben de juiste hulp krijgen.
De directeur-bestuurder van deze onderwijsorganisatie heeft daarnaast nog een andere baan. Hij runt met een compagnon al meer dan vijfentwintig jaar het succesvolle onderwijsadviesbureau 'Oog Onderwijs en Jeugd', kortweg 'Oog'. Oog is landelijk actief, ook in de regio Gouda. Oog adviseert gemeenten, schoolbesturen en samenwerkingsverbanden.
De afgelopen jaren huurde zijn samenwerkingsverband zijn eigen bureau acht keer in, bijvoorbeeld voor het uitvoeren van de administratie en het leiden van een hoogbegaafdheidsproject. In al die gevallen werden er geen offertes opgevraagd bij andere bedrijven. In totaal gingen er de afgelopen jaren meerdere tonnen van het samenwerkingsverband naar zijn eigen bedrijf: een vijfde van het budget.
In het jaarverslag van het samenwerkingsverband (dat is opgesteld door Oog) staat slechts dat de directeur-bestuurder 'adviseur' is bij Oog en het bedrijf een 'verbonden partij' is. Zijn eigenaarschap wordt niet benoemd. "Voor het jaarverslag 2023 gaan we het anders doen", schrijft hij in een reactie.
Toch is er volgens de directeur-bestuurder geen sprake van belangenverstrengeling. Oog is volgens hem vaak de meest logische partij om de opdracht uit te voeren, alle opdrachten worden "mede ondertekend" door leden van het toezichthoudend bestuur, en de accountant constateert dat er "zuiver wordt gehandeld". "Iedereen is mondeling op de hoogte en zich bewust van de verhoudingen", stelt hij. Volgens hem is de combinatie van bestuurder en ondernemer juist heel gunstig. Zo weet je van beide kanten tenminste echt wat er speelt in het veld. "Ik heb altijd met mijn poten in de klei gestaan", aldus de functionaris.
In Flevoland wordt een onderwijsondernemer met een enorme dadendrang bestuurder van een publieke onderwijsorganisatie. Maar anders dan bij de andere schoolorganisaties, kiest de raad van toezicht er in dit geval voor om elk risico op belangenverstrengeling uit te sluiten door juridische afspraken op papier te zetten én openbaar te maken in het jaarverslag.
Het gaat om een man die bekend staat als ervaringsdeskundige op het gebied van hoogbegaafdheid, bekend ook van verschillende boeken en TEDx-talks op dit thema. Hij is oprichter en bestuurder van The School of Understanding (een basisschool waar kinderen les krijgen in 'zelfsturende dorpen'), oprichter van meerdere onderwijs-bv's en was projectleider van het Kenniscentrum Hoogbegaafdheid.
Ook ontwikkelt hij verschillende methodes, zoals de Amerikaanse 'smart parenting methodology'. Die aanpak zou leerlingen helpen bij talentontwikkeling en het voorkomen van zelfmoord. Kinderen hoeven niet naar "zogenaamde experts" te gaan, zo is de belofte, en "ook als de school niet wil meewerken" is de methode effectief. Desgevraagd zegt hij dat hij de aanpak baseerde op zijn "ervaring met hoogbegaafde drop-outs". Hij laat weten de tekst bij nader inzien niet "heel gelukkig" geformuleerd te vinden, en haalt zijn website offline.
In 2022 krijgt de ondernemer een nieuwe baan: bestuurder van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs in Almere. Alle basis- en middelbare scholen in die stad vallen eronder. Er is alleen één probleem: hij heeft drie onderwijsbedrijven en is adviseur bij een bedrijf (waarvan de eigenaar ook weer mede-eigenaar is van een van zijn bedrijven) dat zaken doet met ditzelfde Almeerse samenwerkingsverband.
"Dat is misschien niet ideaal, maar we konden lange tijd niemand vinden voor deze functie", zegt de toezichthouder bij het samenwerkingsverband. "Hij was beschikbaar en had de competenties. We hebben een gespecialiseerd advocatenkantoor afspraken laten dichttimmeren in het arbeidscontract, om belangenverstrengeling te voorkomen." Het samenwerkingsverband mag sinds het aantreden van de nieuwe bestuurder bijvoorbeeld niet langer inkopen bij de bedrijven waar hij eigenaar is, en voor organisaties waar hij werkt geldt dat minimaal twee offertes moeten worden opgevraagd.
Deze afspraken zijn ook opgeschreven in het publieke jaarverslag, zodat iedereen kan meelezen. De voorzitter van de raad van toezicht: "Dat maakt het toetsbaar en biedt iedereen in Nederland de mogelijkheid om mee te kijken. Het dwingt je als organisatie ook om strak te blijven en niet stiekem met jezelf te gaan schipperen." Volgens de toezichthouder en de bestuurder is er dan ook geen sprake van belangenverstrengeling.
Tijdens de coronaperiode gaan de bedrijven van de bestuurder failliet. Wel blijft hij naast zijn baan als Almeerse bestuurder nog trainingen geven. Hij geeft bijvoorbeeld de masterclass "subsidieregeling hoogbegaafdheid" aan andere samenwerkingsverbanden. Voor 485 euro (basis) of 895 euro (intensief traject) helpt hij deze collega-organisaties bij een succesvolle subsidieaanvraag. In de brochuretekst staat dat de bestuurder door zijn "unieke gecombineerde ervaring" als geen ander weet wat er speelt rondom dit thema. Daarbij wordt zijn functie als "directeur-bestuurder van samenwerkingsverband Passend Onderwijs Almere" ook vermeld.
Inmiddels lijkt de bestuurder overigens weer met een nieuw project te zijn gestart. "Het is nog een beetje geheim en nog erg in ontwikkeling", zo lezen we op de website die hij onlangs lanceert op Linkedin. Het is de 'voor-voor-inschrijving' op een nieuw coachingsprogramma: "Wereldverbeteraar Met Effect". Er is maar beperkt plaats, maar wie zich vroeg aanmeldt krijgt tien procent korting op de inschrijfprijs. Op Linkedin reageert men positief: "Goed om te zien dat je weer terug in de arena bent" en "Mooie plannen: zo ken ik je weer!"
Wat doe je als je mogelijk scholen moet sluiten omdat je regio langzaam leegloopt? Het schoolbestuur Hof van Twente probeert het tij te keren door in te zetten op 'internationalisering': alle kinderen krijgen vanaf de kleuterklas Engelse les, en leraren krijgen de kans zich te "professionaliseren in Europa" via het Erasmus+ KA1-programma.
Binnen dit Twentse schoolverband loopt een ambitieuze basisschooldirecteur voorop. In 2018 mag hij van het bestuur een deel van zijn uren aan 'internationalisering' besteden. In hetzelfde jaar begint hij privé ook een bedrijfje op dit gebied - Teachin'EU. Daarmee wil hij andere scholen en docenten helpen bij aanvragen van Europese KA1-subsidies, en bij de ontwikkeling van lessen.
Op een internationale conferentie ontmoet de basisschooldirecteur een Turks-Italiaanse onderwijsexpert. Zij is consultant voor het bedrijf Goal Testing, op dat moment gevestigd in Turkije. Goal Testing is aanbieder van de toetsmethode 'Educational Testing Service' (ETS). Via deze methode kan men kinderen nauwkeurig testen op hun individuele niveau Engels, en daar vervolgens lesmateriaal op afstemmen. Het klikt, en ze maken zakelijk plannen. Op de website van Teachin'EU schrijft de schoolleider in de wij-vorm: hij is 'director', zij 'KA1 course director' en 'instructional designer'.
Als de basisschooldirecteur in januari 2019 promoveert tot schoolbestuurder van alle negen scholen in het schoolverband zet hij de ingezette lijn door: alle scholen gaan zich richten op internationalisering en alle kinderen krijgen ook Engelse les, al vanaf de kleutergroep. Hij huurt ook het Turkse bedrijf in waar de consultant voor werkt: Goal Testing. Dat concern heeft inmiddels ook de licentie gekocht om in Nederland ETS-testen te mogen aanbieden en begint de testen aan de Twentse scholen te verkopen - voor 14.000 euro per jaar. De Turks-Italiaanse consultant treedt hierbij op als adviseur en contactpersoon.
En het blijft niet bij testen. In 2021 neemt de Twentse schoolbestuurder het initiatief om samen met een groep scholen in Denemarken en Finland subsidie aan te vragen voor een gezamenlijk project gericht op Engelse taallessen. Ook hier wordt Goal Testing betrokken als adviespartner - ze krijgen uiteindelijk 28.500 euro. Een andere adviseur voor Goal Testing werkt tegelijkertijd als deeltijdcoördinator Engels en internationalisering voor de Twentse scholen.
In het jaarverslag van OPO Hof van Twente schrijft de raad van toezicht dat de "nevenfunctie van de bestuurder niet tot belangenverstrengeling leidt". De voorzitter van de raad van toezicht laat ons weten dat de bestuurder "geen belangen in Goal Testing" heeft. En dat zijn bedrijfje geen "zakelijke relatie met OPO Hof van Twente" heeft. Daarmee is de kous af. Bovendien heeft de bestuurder zakelijk nooit samengewerkt met de consultant, stellen ze, dat was slechts een voornemen. Wel gaat de raad van toezicht in het volgende jaarverslag de nevenfunctie voor het eerst vermelden.
De bestuurder zelf vindt ook dat er geen sprake is van enige schijn van belangenverstrengeling. Zijn bedrijfje is slechts een "slapende eenmanszaak". De consultant is ook niet zijn zakenpartner, maar een freelancer. De tekst op zijn website, waarin zij als 'course director' staat weergegeven, past hij aan. "Haar rol is die van consultant. Ik begrijp (...) dat dit anders overkomt. Ik heb dit aangepast, dank daarvoor."
Een andere functionaris is toezichthouder bij SKO Onderwijs, een groep van 27 katholieke basisscholen. Tegelijkertijd is hij al sinds 2007 bestuurder bij Cedin, een actief onderwijsadviesbureau uit Friesland. Zo actief, dat de functionaris zich goed kan voorstellen dat Cedin ook diensten levert aan SKO. "Dat kan goed zijn", schrijft hij. "Want onze organisatie brengt haar aanbod immers in heel Nederland onder de aandacht."
Hoe kwam de Cedin-bestuurder eigenlijk terecht bij het schoolbestuur SKO? Dat liep via een voormalig commissaris van Cedin. Deze persoon was tussen maart 2015 en april 2019 commissaris bij Cedin, en hield toezicht op de bestuurder. In juni 2018 wordt deze commissaris mede-bestuurder bij de scholengroep SKO, en wijst de Cedin-bestuurder anderhalf jaar later op een vrijgekomen vacature in de raad van toezicht van SKO. In 2020 draaien de rollen om: de Cedin bestuurder gaat nu toezicht houden op het bestuurlijk functioneren van de voormalig Cedin-commissaris.
De Cedin-bestuurder was tussen 2015 en 2023 ook nog toezichthouder bij een ander schoolbestuur: CVO in Noord-Friesland. In het schoolplan van twee CVO-scholen staat dat Cedin in die periode schoolmaatschappelijk werksters leverde. En op Linkedin is te zien dat een leerkracht van SKO een NT2-training volgde bij Cedin.
De bestuurder schrijft dat wij "beter geïnformeerd" zijn dan hijzelf. Uit eigen beweging laat hij zijn controller een rapport opstellen met daarop alle transacties tussen Cedin (waar hij dus bestuurder is), en CVO en SKO- (de schoolorganisaties waarop hij respectievelijk toezicht hield en houdt).
Het gaat om kleine bedragen: voor SKO in ruim vier jaar om 9.012 euro, en voor CVO over acht jaar 91.642 euro. Hij schrijft: "Bij het maken van afspraken over de genoemde dienstverlening ben ik niet betrokken." Die afspraken staan alleen niet op papier.
"Gevaar van belangenverstrengeling is wellicht inherent aan werken in eenzelfde domein op posities, waarin elkaar ontmoeten en samenwerken in netwerken onvermijdelijk en - mijns inziens - veelal nuttig is. Juist daarom komt het aan op transparantie en aanspreekbaarheid op handelen", zo luidt de laatste zin van zijn e-mail.
Een andere functionaris wordt in 2022 toezichthouder bij een schoolbestuur (Kopwerk) en een onderwijsbegeleidingsdienst (Onderwijsversterkers) in dezelfde regio. Een organisatie die regelmatig trainingen organiseert - bijvoorbeeld over het professionaliseren van leraren - en leerlingen begeleidt van scholen van Kopwerk.
De raad van toezicht van het schoolbestuur ziet het probleem niet, maar de bestuurder van Onderwijsversterkers wel. "Ik vond het onwenselijk", vertelt ze. "Kopwerk is een klant van ons. Dat kan toch niet? Ik heb direct aan de bel getrokken." Een goed gesprek met de functionaris volgt. Hij zal zich afzijdig houden bij alles wat over Kopwerk gaat.
De functionaris zelf begon zich naar eigen zeggen ook wat ongemakkelijk te voelen met zijn dubbele rol. Om de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen zegt hij uiteindelijk zijn functie als toezichthouder bij de onderwijsbegeleidingsdienst op.
Een leerling moet op school zelf kunnen bepalen wat hij of zij wil leren of onderzoeken. Dat is het baanbrekende uitgangspunt van dertig Agora-scholen, die sinds een jaar of tien aan de weg timmeren in Nederland.
Een van de bedenkers van het concept is een Limburgse schooldirecteur. Elke nieuwe school die zich 'Agora' wil noemen kan terecht bij de Vereniging Agora Onderwijs, waar de schooldirecteur zelf directeur-bestuurder is.
Aspirant Agora-scholen betalen de vereniging voor speciale Agora-begeleiding. De vereniging doet die coaching niet zelf, maar huurt daar (tegen 750 euro per dag) het privébedrijf van de schooldirecteur voor in (want dat heeft hij óók). "Aangezien ik als bedenker van Agora de meest voor de hand liggende kandidaat ben om de nieuwe scholen te begeleiden, is die rol bij mij en daarmee bij mijn bedrijf komen te liggen." Ook bestaande Agora-scholen die extra begeleiding willen, kunnen bij zijn bedrijf aankloppen.
De vereniging werkt ook aan een model dat Agora-scholen kunnen gebruiken als verantwoording voor de inspectie. Voor dat project is 25.000 euro begroot en ook dat mag het bedrijf van de schooldirecteur uitvoeren. "Het bestuur van de vereniging heeft me gevraagd om die noodzakelijke klus vanuit mijn bedrijf te doen", aldus de schooldirecteur als bestuurder en ondernemer.
Van belangenverstrengeling is volgens de schoolleider geen sprake, omdat alles is afgestemd met de overige bestuursleden, onder wie een toezichthoudend voorzitter. Met de scholen die lid zijn is afgesproken dat hij in vergaderingen niet stemt over "onderwerpen die verwantschap hebben met de activiteiten die hij buiten de vereniging verricht".
De toezichthoudervoorzitter ervaart meer ongemak over het feit dat de directeur zichzelf inhuurt. "Het is niet een ideale situatie, maar we zitten nog in de opstartfase. Het hoort bij de uniciteit van dit concept", zegt ze. Ze noemt de schooldirecteur "de Maria Montessori van deze tijd". "We kunnen niet om hem heen."
Sommige ondernemende schoolbestuurders denken graag buiten de gebaande paden. Een functionaris in Friesland die jarenlang scholen in het speciaal onderwijs aanstuurt, is zo'n bestuurder.
Als schooldirecteur start hij in 2002 samen met een collega-directeur een commerciële kinderopvang voor kinderen met een beperking. Twaalf jaar later - hij is dan inmiddels gepromoveerd tot schoolbestuurder van Speciaal Onderwijs Fryslan - besluit hij groter te denken en een stichting op te richten (Stichting Onderwijs en Samenleven).
"We hadden daarbij voortdurend de kinderen in het speciaal onderwijs voor ogen. Daar wilden we iets voor regelen", aldus de functionaris.
Die stichting vormt een koepel van bestaande BV's die zich richten op schoolbegeleiding, kinderopvang, onderwijsinnovatie en trainingen voor het speciaal onderwijs in Friesland. Zijn oud collega-directeur van de commerciële kinderopvang wordt directeur-bestuurder van de stichting. De stichting valt niet onder het schoolbestuur. Het heeft dan ook geen raad van toezicht en publiceert geen jaarverslagen.
De bv's leveren diensten aan allerlei scholen in de regio, ook aan de scholen waar de functionaris bestuurder is. Zijn scholen en bedrijven zijn op allerlei manieren verbonden. Zo presenteert een van de bedrijven zich op de schoolwebsite als onderdeel van het schoolverband. En het bedrijf dat de kinderopvang verzorgt, huurt ruimtes in alle scholen van Speciaal Onderwijs Fryslan.
Na een paar jaar trekt de functionaris zich terug uit het bestuur van de stichting en is dan alleen nog schoolbestuurder. Maar in 2022 is hij toe aan een "nieuwe uitdaging". Hij stopt als schoolbestuurder van Speciaal Onderwijs Fryslan, en keert terug naar de stichting, waar hij aantreedt als enig bestuurder.
Hoe groot die uitdaging is, dat valt te bezien. Op het moment dat hij de overstap maakt, worden twee bedrijven verkocht aan de directeuren van die bedrijven. De bedrijven zijn gegroeid en de directeuren van de bedrijven willen "op eigen benen staan". Ook een innovatief onderwijsconcept ('Bewegend leren') wordt verkocht, zodat hij bij zijn aantreden bestuurder is van een lege huls.
Hij is daardoor nu de enige bestuurder van een stichting zonder activiteiten, zonder raad van toezicht en met 875.000 euro in kas. Voor een managementfee van 1650 euro per maand past hij op de winkel. Ondertussen laat hij zich inhuren als interim-directeur bij een schoolbestuur op Ameland. De 875.000 euro zal naar een "maatschappelijk doel" gaan, verzekert hij. Welk doel dat is, weet hij nog niet.
Een toezichthouder bij de Vrije Scholen Rijnstreek is ook 'associé' (freelancer) bij Beteor - een advies- en wervingsbureau. De toezichthouder reageert niet op verzoeken per mail, en wil ook telefonisch niet ingaan op vragen omdat die al zouden zijn beantwoord door "collega's van Beteor" die een vergelijkbare mail hebben gekregen. "Ik heb niets te verbergen", voegt de functionaris eraan toe. "Daar laat ik het bij."
De voorzitter van de raad van toezicht van het schoolbestuur heeft meer tijd om tekst en uitleg te geven. Ja, zegt hij, het klopt dat de betreffende functionaris verbonden is aan Beteor. En ja, dat bureau hebben ze als raad van toezicht ingehuurd voor het werven van een nieuwe schoolbestuurder (kosten: tussen de tien- en twintigduizend euro). Maar zo verzekert hij, de functionaris zelf was daar op geen enkele manier bij betrokken. Het was de keuze van de voorzitter. En het gaat maar om een klein bedrag. Van de schijn van belangenverstrengeling is volgens hem dan ook geen sprake.
Later heeft de functionaris alsnog tijd en zegt te snappen dat de term 'associé' verwarring oproept. Maar daar moeten we ons niet te veel bij voorstellen, zo wordt ons verzekerd. De functionaris zegt een freelancer te zijn die af en toe opdrachten voor Beteor doet. Een zakelijk belang is er niet. Wel zien we de volgende dag een aanpassing op het Linkedin-account van de functionaris: "samenwerkend partner" van Beteor is nu veranderd in "freelance".
Functionaris A en functionaris B zijn allebei directeur-bestuurder bij een samenwerkingsverband - de een in de Achterhoek, de ander in Noord-Brabant. Samenwerkingsverbanden zijn organisaties waarin schoolbesturen samenwerken om de zorg voor leerlingen bij hun scholen te organiseren.
Functionaris A en B hebben daarnaast zelf ook allebei een eigen onderneming, waarmee ze actief zijn in de wereld van 'kwaliteitsaudits' en 'visitaties'. Daarmee helpen ze in kaart te brengen waar de onderwijskwaliteit schort bij scholen of schoolbesturen. In 2012 besluiten ze samen zakelijk op te trekken in de 'Q3-groep', waarmee ze een instrument ontwikkelen. Daarmee kunnen schoolbesturen in kaart brengen welke zorg er nodig is op hun scholen. Ze verkopen het aan verschillende scholen en samenwerkingsverbanden in Nederland.
Tussen 2013 en 2020 gebruiken de veertien schoolbesturen van het samenwerkingsverband van functionaris B dit instrument ook. De rekening - ongeveer 50.000 euro - wordt betaald via het samenwerkingsverband. Volgens de raad van toezicht bij het samenwerkingsverband van functionaris B is van belangenverstrengeling geen sprake, omdat schoolbesturen dit besluit zelf hebben genomen en functionaris B niet betrokken was bij dit besluit. Dat functionaris B "mede-ontwikkelaar was, was voor de schoolbesturen geen reden om niet te kiezen voor het instrument", zo laat de raad weten.
Functionaris A en functionaris B trekken dus zakelijk samen op, en huren elkaar ook in bij hun samenwerkingsverbanden. Het samenwerkingsverband van functionaris A huurt functionaris B in 2020 en 2021 in voor 'audits' - en omgekeerd huurt het samenwerkingsverband van functionaris B de afgelopen jaren functionaris A voor dezelfde dienst in. Volgens de raad van toezicht tot grote tevredenheid van de betrokken schoolbesturen. "Hierbij is telkens een bewuste keuze gemaakt om niet op zoek te gaan naar een andere partij."
Functionaris A zelf ziet ook geen probleem. Zijn activiteiten voor het samenwerkingsverband van voormalig zakenpartner functionaris B zijn beperkt tot zo'n vier dagen per jaar. En dit is nou eenmaal hoe deze markt werkt. Bovendien is volgens hem schriftelijk vastgelegd dat hij zijn raad van toezicht op de hoogte moet houden van al zijn commerciële nevenactiviteiten.
De raad van toezicht van functionaris B is naar aanleiding van de vragen wel gaan reflecteren. "Door uw vragen realiseren we ons dat integer handelen en transparantie nadrukkelijker op onze agenda moet staan. We gaan in het komende jaar en daarna meer aandacht hebben voor de processen van inhuur van derden, de aanschaf van instrumenten en het verlenen van diensten aan derden."
Een directeur-bestuurder van het samenwerkingsverband VO Lelystad, is toezichthouder bij nog eens drie andere samenwerkingsverbanden en heeft ook een eigen onderneming: Eduquality. Eduquality is een landelijk onderwijsbureau dat adviseert en interim directeuren en intern begeleiders kan leveren aan schoolbesturen.
Bij de organisaties waar de Eduquality-eigenaar toezichthouder is, is volgens hem mondeling afgesproken dat er geen opdrachten worden verleend aan zijn bedrijf. In Lelystad - waar hij dus directeur-bestuurder is - ligt dat anders. Tussen 2021 en 2023 huurt hij een projectleider van Eduquality in, voor een project dat het samenwerkingsverband uitvoerde voor de gemeente. De kosten: 80.000 euro.
Volgens hemzelf en volgens zijn raad van toezicht is er van belangenverstrengeling geen sprake. De voorzitter van de raad van toezicht zegt dat de Eduquality-eigenaar namelijk nooit in loondienst is geweest als directeur-bestuurder - hij was een tijdelijke freelancer. Ook is hij al zeven jaar 'tijdelijk' in dienst, gezien het 'tijdelijke' aspect gelden er kennelijk andere regels. Bovendien moest elke betaling aan derden door de voorzitter persoonlijk worden "gecontroleerd en afgetekend".
Dat de nevenfunctie bij Eduquality niet in het jaarverslag staat vermeld, zoals wel is afgesproken in de code goed bestuur, is volgens de toezichthouder logisch: in de jaarverslagen staan geen nevenfuncties vermeld van mensen "die (tijdelijk) worden ingehuurd".
Het is een dubbelrol die vaker opduikt: de interim-bestuurder van een Jenaplanschool in Gemert is ingehuurd via het wervingsbureau De Roo waar hij zelf ook partner is. Tot zover niets aan de hand. Maar toen de raad van toezicht nog een bestuurder zocht, hebben ze opnieuw het bedrijf ingeschakeld van de bestuurder.
Volgens de raad van toezicht is de bestuurder hier niet bij betrokken geweest, en is er van belangenverstrengeling geen sprake. "Gezien de krapte op de arbeidsmarkt voor dergelijke posities en het beperkt aantal adviesbureaus wat gespecialiseerd is in deze branche, hebben wij hier als toezichthoudend bestuur zorgvuldige afwegingen gemaakt. De Roo kwam als beste partij uit het offertetraject."