In 2030 wil het demissionaire kabinet 500.000 huishoudens extra aangesloten hebben op een warmtenet, maar dat doel is nu in gevaar. De reden is onenigheid tussen het kabinet en warmtebedrijven over wie straks de baas is van de warmtenetten. Uit een rondgang van Nieuwsuur blijkt dat ruim 90 procent van de aanleg van de nieuwe aansluitingen in Nederland tijdelijk stilligt.
Warmtenetten moeten een belangrijke rol spelen bij het gasvrij maken van woningen en het behalen van Nederlandse klimaatdoelen. Ze zijn ook wel bekend als stadsverwarming waarbij restwarmte uit bijvoorbeeld industrie wordt gebruikt om huizen te verwarmen.
Het kabinet wil de komende zeven jaar een half miljoen woningen op een warmtenet aansluiten, een verdubbeling van het huidige aantal. Maar uit cijfers van de drie grootste warmtebedrijven Eneco, Vattenfall en Ennatuurlijk, die samen meer dan driekwart van warmtenetaansluitingen beheren, blijkt dat 91 procent daarvan momenteel stilligt.
Onvrede over nieuw wetsvoorstel
De commerciële energiebedrijven hebben het werk stilgelegd uit onvrede met een nieuw wetsvoorstel. Die wet moet warmtebedrijven in publieke handen brengen, iets wat de overheid graag wil om regie te houden op de energietransitie.
Maar Eneco is er niet blij mee, vertelt directeur warmte Ron Wit. "Wij willen heel graag investeren en de warmtetransitie versnellen. Maar door deze wet is het domweg niet meer mogelijk. De risico's worden te groot. Die kunnen we dan niet meer zelf beheersen, omdat we dan publiek eigendom worden. Het is puur een bedrijfseconomische afweging dat het onverantwoord is om nog te investeren."
Demissionair minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten zegt dat het energiebedrijven vrij staat om op te komen voor hun eigen belangen. Maar hij gaat zijn plannen niet aanpassen. "De wet kan op een aantal punten nog beter en scherper, maar ik ga niet afstappen van de fundamentele keuze voor een meerderheidsbelang van publieke partijen, want dat is nu eenmaal de succesformule in heel Europa."
Gemeentes zijn blij met het plan van Jetten, vertelt Lot van Hooijdonk. Zij is wethouder in Utrecht en is aangesloten bij de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), waar ze warmtenetten in haar portefeuille heeft. Zij vindt het een goed idee als lokale overheden meer zeggenschap krijgen over de collectieve warmtevoorziening.
Honderdduizenden huizen wachten
Het verzet van de commerciële warmtebedrijven heeft grote gevolgen voor honderdduizenden huishoudens die wachten op een aansluiting op het warmtenet. "Met de huidige impasse die we hebben zal de doelstelling van 500.000 aansluitingen in 2030 volstrekt onhaalbaar zijn", zegt Eneco-directeur Wit.
In de Utrechtste wijk Overvecht bleek vorige maand dat het warmtenet bedoeld voor 850 woningen er toch niet komt. De reden: de aanleg werd te duur. Veel bewoners vragen zich af hoe de energievoorziening in hun wijk er nu uit komt te zien.
Van Hooijdonk van de VNG ziet dat onder meer in steden als Amsterdam, Den Haag en Utrecht projecten niet doorgaan. Volgens haar is het verstandig als het overgrote deel van warmtenetten publiekelijk georganiseerd gaan worden, omdat het een ingewikkelde transitie is. "We hebben een tijdje geleden nog heel hoge energieprijzen gezien dankzij Oekraïne. We merken aan reacties van bewoners dat het belangrijk is dat je kunt zeggen dat de warmtebedrijven publieke afwegingen maken in het maatschappelijke belang."