Langs de A15 tussen Elst en Nijmegen worden in 2018 nieuw distributiecentra neergezet
Aangepast

'Verdozing' gaat sneller dan verwacht: na 2010 verdubbeling distributiecentra

  • Sjors Hofstede

    datajournalist Nieuwsuur

  • Sjors Hofstede

    datajournalist Nieuwsuur

Ondanks zorgen over de 'verdozing' van het landschap en over de arbeidsmigranten die erin werken, groeit de oppervlakte van distributiecentra in Nederland sneller dan verwacht. Dat blijkt uit een inventarisatie van Nieuwsuur.

Mede door de opkomst van de bezorgeconomie is de hoeveelheid distributiecentra sinds 2010 bijna verdubbeld. In 2020 verwachtten overheidsadviseurs nog dat de hallen in 2040 zo'n 55 tot 65 miljoen vierkante meter zouden beslaan. Maar eind 2023 stond de teller al op 51 miljoen. Dat is ongeveer even groot als de gemeente Wassenaar, of ruim 10.000 voetbalvelden.

En daar komt op korte termijn nog 3 miljoen vierkante meter bij, blijkt uit een inventarisatie door Nieuwsuur op basis van de Basisregistratie Adressen en Gebouwen en websites van ontwikkelaars. Op dit tempo wordt de prognose voor 2040 veel eerder gehaald.

Wouter Veldhuis, Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving, is niet verbaasd over de cijfers: "In 2019 signaleerden we al dat er een grote projectencarrousel op gang aan het komen was. In de ruimtelijke ordening worden dingen die tien jaar geleden bedacht werden nu pas zichtbaar."

De roep om de groei af te remmen, klinkt steeds luider. De logistieke sector draait voor een groot deel op buitenlandse medewerkers, terwijl de formerende partijen PVV, BBB en NSC arbeidsmigratie willen terugdringen. Rond veel plekken waar veel arbeidsmigranten werken, ontstaan namelijk problemen met de huisvesting: woonomstandigheden zijn vaak slecht en het woningtekort neemt toe.

Ook andere politieke partijen en veel omwonenden vinden het welletjes met de hallengroei. Er klinkt kritiek op de hoeveelheid ruimte die grote distributiehallen innemen en op de invloed die zij hebben op het landschapsbeeld, de zogeheten 'verdozing'.

Goed voor lokale economie?

Ook Veldhuis noemt de snelle groei "niet wenselijk". Een aantal provincies deelt die mening en heeft beleid om de bouw te beperken. "Maar nu zie je een soort waterbedeffect. Bedrijven blijven zoeken en gaan naar de plek waar de minste weerstand is."

Zo heeft Flevoland géén aanpak om de vestiging van distributiecentra bij te sturen. Lelystad krijgt er komende jaren drie enorme hallen bij, van de bedrijven Bestseller, Jysk en Bol.com. Wethouder Dennis Grimbergen ontvangt ze met open armen: "Het is een economische propositie voor Lelystad en de regio. Dus wij zijn zeker blij met de vestigers."

Volgens Grimbergen leveren de centra veel nieuwe banen op. Daarin krijgt hij bijval van gedeputeerde Jan de Reus. "Wij hebben bewust de keuze gemaakt samen met de gemeentes om deze mooie bedrijven binnen te halen. Daar krijgen we werkgelegenheid voor terug. Ze dragen bij aan onze economie."

Dat waarschijnlijk vooral arbeidsmigranten die vacatures zullen vervullen, leidt bij sommige omwonenden tot zorgen over de leefbaarheid in hun buurt. Er is nu al een woningtekort in Lelystad, en er is de komende jaren naar schatting behoefte aan zevenduizend extra arbeidsmigranten in de regio.

Wethouder Grimbergen heeft plannen klaarliggen, benadrukt hij. Een consortium met onder meer hotelketen Van der Valk zou plek willen bieden aan 2500 arbeidsmigranten. "Wij zijn daar met de vestigers al vanaf een vroeg stadium over in gesprek."

We moeten preciezer zijn: welke pakhuizen zijn nodig voor onze samenleving, en welke voegen geen waarde toe?

Wouter Veldhuis, Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving

Rijksadviseur Veldhuis snapt wel dat lokale overheden zwichten voor grote bedrijven die een opslaghal willen plaatsen. "Je kan de gemeenten niet kwalijk nemen dat ze een bod van een bedrijf accepteren dat ze bijna niet kunnen weigeren. Werkgelegenheid klinkt interessant. In de praktijk zie je vaak dat de economiewethouder de knoop doorhakt, zonder goede afspraken met de wethouder die over energie, wonen of mobiliteit gaat."

Veldhuis vindt dat de landelijke overheid moet ingrijpen. Nu besluiten provincies en gemeenten zelf over bouwvergunningen. "De Rijksoverheid moet zorgen dat het waterbedeffect, dat gemeenten elkaar beconcurreren, verleden tijd wordt. We moeten de groei vooral op bestaande terreinen een plek geven."

"Alle spullen die we gebruiken, moeten ergens vandaan komen. Ook in de Middeleeuwen hadden we pakhuizen. Maar nu de ruimte zo schaars begint te worden, zou je preciezer moeten zijn: welke pakhuizen hebben we nodig voor onze samenleving, en welke voegen geen waarde toe?"

In Flevoland is het voorlopig voorbij met de verdozing, als het aan gedeputeerde De Reus ligt. Nieuwe plannen moeten kritischer worden bekeken, vindt ook hij. "Landschappelijk moeten ze goed inpasbaar zijn. We willen meer waarde toevoegen, niet automatisch alleen volume."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl