Op een paar plekken in Nederland zijn zorgverleners met een nieuw experiment gestart. Ze trainen hulpbehoevende ouderen om weer zelfredzaam worden. De hoop is dat zij zo langer zelfstandig thuis kunnen wonen en minder zorg nodig hebben.
De teams van zorgverleners - met ergotherapeuten, wijkverpleegkundigen, fysiotherapeuten en huishoudelijke hulpen - trainen en begeleiden de ouderen een korte periode intensief. De ouderen leren handige hulpmiddelen gebruiken en doen dingen die ze voorheen niet meer zelf konden, zoals douchen, koken, boodschappen doen en hun hobby's.
Het doel is dat de deelnemers na een aantal weken die activiteiten weer helemaal of grotendeels zelf kunnen. In de zorg wordt dit reablement genoemd.
Te weinig personeel
Deze nieuwe manier van werken is geen overbodige luxe: het aantal ouderen neemt de komende jaren in rap tempo toe. Ondertussen groeit ook het aantal vacatures in de thuiszorg en in verpleeghuizen, zo is de verwachting. Minder zorgmedewerkers moeten straks méér zorgbehoevenden helpen.
Ook komen er geen extra verpleeghuisplekken bij. Het personeel daarvoor is er simpelweg niet, heeft demissionair minister Conny Helder (Ouderenzorg) meermaals aangegeven. Een van de oplossingen ziet ze daarom in het weer zelfredzaam maken van hulpbehoevende mensen thuis.
Annie Mol heeft opgezwollen armen en benen door lymfoedeem. Haar rechterhand is na een operatie nooit meer de oude geworden. Voor het inschenken van een kop thee of iets anders simpels als haar nagels knippen was ze afhankelijk geworden van haar ernstig zieke man. Een kwetsbare situatie:
Het idee om ouderen met beperkingen thuis te trainen, is niet nieuw. In Denemarken werken ze al jaren zo. Je hebt daar zelfs het wettelijk recht op begeleiding naar meer zelfstandigheid door hulpverleners.
In Nederland staat het concept nog in de kinderschoenen, zegt Silke Metzelthin, onderzoeker ouderenzorg aan de Universiteit Maastricht. Maar nu de nood steeds hoger is, wordt er serieuzer naar gekeken. "Op deze manier speel je zorg vrij voor mensen die het echt niet meer zelf kunnen. Doen we dit niet, dan is er straks geen hulp meer voor mensen die het echt niet redden."
De werkwijze betekent wel een cultuuromslag. Niet alleen voor de ouderen zelf, maar ook voor zorgverleners. Die zijn gewend mensen vooral te ontlasten en veel klusjes van ze over te nemen. Voor hen voelt het aanvankelijk onwennig, zegt Metzelthin.
Minder uren zorg
Een van de gemeenten die experimenteren met de methode is Schagen. Ergotherapeut Larissa Schilder van Thuiszorg Samen begeleidt daar samen met haar team een groep ouderen om het huishouden en andere activiteiten weer op te pakken. "Dat is voor sommigen best wennen. Ze houden liever vast aan het oude vertrouwde en zeggen: 'Ik heb jarenlang gewerkt en heb er recht op dat mensen nu voor mij zorgen'." Maar later zijn ze blij met wat ze weer zelf kunnen, is haar ervaring.
Of de ouderenzorg door deze nieuwe begeleiding echt kwalitatief verbetert, is wetenschappelijk nog niet aangetoond. Of het goedkoper zal zijn, moet op termijn ook nog blijken. Aanvankelijk zijn het duurdere zorgkrachten die de ouderen thuis helpen, zodat er op de langere termijn juist minder zorgverleners nodig zijn. Metzelthin ziet door het experiment nu al wel dat er op termijn minder uren zorg nodig zijn.
3 miljoen
Maar Metzelthin blijft ook voorzichtig. Ze vindt dat er meer onderzoek nodig is voordat Nederland de zorgmethode op grotere schaal invoert. "Zo weten we nog niet goed wie de geschikte doelgroep is. Is het goed om een leeftijdsgrens te stellen bij deelnemers of juist niet? En kun je dit concept toepassen op mensen met dementie?"
Zorgorganisaties lopen daarnaast in de praktijk tegen financieringsproblemen aan. Het ministerie van Volksgezondheid heeft wel ruim 3 miljoen euro uitgetrokken voor meer onderzoek naar en de ontwikkeling van reablement.