Het RIVM wil de voorzitter van het Outbreak Management Team (OMT) blijven leveren. Dat is nu Jaap van Dissel. Het kiezen van een andere voorzitter zou "risico's" opleveren, zo zegt het instituut tegen Nieuwsuur. De experts in het OMT zijn de belangrijkste corona-adviseurs van het kabinet.
Vorige week vroegen verschillende partijen in de Tweede Kamer juist aan minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid of het OMT een voorzitter kan krijgen met meer afstand van zijn ministerie. Het RIVM, waar Van Dissel directeur Infectieziekenbestrijding is, valt namelijk direct onder dat ministerie. Uit onderzoek van Nieuwsuur bleek dat onder leiding van Van Dissel verschillende OMT-adviezen waren aangepast, op verzoek van ambtenaren.
Zo werd bijvoorbeeld een advies om mondkapjes in verpleeghuizen te dragen afgezwakt op basis van politieke wensen. OMT-leden zelf waren over die aanpassingen niet geraadpleegd.
Ommezwaai ministerie
Minister Kuipers erkende in het Kamerdebat vorige week dat door de tekstsuggesties van zijn ambtenaren de "schijn" kon zijn ontstaan "dat er op de een of andere manier gestuurd is" in de OMT-adviezen. Ook zei hij open te staan voor de vraag of het OMT-voorzitterschap anders moet worden geregeld. Dit was een duidelijke ommezwaai van het ministerie, dat eerder geen discussie wilde voeren over de OMT-voorzitter, en de aanpassingen van ambtenaren had afgedaan als slechts "verduidelijkingen".
Wel zei Kuipers dat in de wet staat dat het RIVM automatisch de voorzitter van het OMT-levert, en dat de kwestie dus "allereerst aan het RIVM zelf" is. Nieuwsuur vroeg daarop een reactie aan het RIVM, dat vandaag laat weten dat Van Dissel het OMT-voorzitterschap "adequaat en onafhankelijk" heeft ingevuld.
Wat het RIVM betreft blijft de situatie zoals die nu is. Het instituut zegt dat als een andere voorzitter wordt gekozen "gevreesd" moet worden voor "risico's" op "vertraging, kwaliteitsverlies en verlies aan slagvaardigheid" bij de medische advisering.
'Schadelijk voor wetenschap'
Al langer klinkt de roep om meer afstand te creëren tussen de wetenschap en de politiek. Jet Bussemaker, voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving, zei in 2020 al dat er tijdens de coronacrisis "vermenging" was opgetreden tussen het RIVM en het ministerie. En onlangs noemde Jeroen Dijsselbloem, voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid die de aanpak van de coronacrisis onderzoekt, de aanpassingen van ambtenaren in de OMT-stukken "pijnlijk en heel schadelijk".
Dijsselbloem sprak van een "totale rolvermenging" tussen wetenschappelijke adviezen en de besluitvorming. Dat schaadt volgens hem het gezag van de wetenschap en het vertrouwen in de politiek.