Een Oekraïense grensbewaker bij de grens met Rusland

Langs de Russisch-Oekraïense grens is het stil, maar hangt de oorlog in de lucht

  • Gert-Jan Dennekamp

    verslaggever

  • Gert-Jan Dennekamp

    verslaggever

Nieuwsuur-verslaggever Gert-Jan Dennekamp trok door de Oekraïense grensregio met Rusland, langs de plekken waar het conflict tussen beide landen het duidelijkst zichtbaar is. Hieronder lees je zijn verslag, afgewisseld met de reportagebeelden die hij maakte tijdens de reis.

"Kijk, daar ligt Donetsk." Danilo Plachin wijst over het voetbalstadion in de verte. "Die stad voelt nu als een vreemde", zegt hij na een lange pauze. We kijken zwijgend in de verte. "Doet het pijn?", vraag ik hem. "Natuurlijk doet het pijn", zegt hij.

Met directeur Danilo sta ik op de tribune van zijn voetbalclub Kramatorsk. Het hoofdveld is besneeuwd. In de overdekte hal wordt er getraind en op een trainingsveld speelt de jeugd een wedstrijd op het kunstgras en het ijs een wintertoernooi.

Op ruim honderd kilometer ligt de stad Donetsk, nu gecontroleerd door de door Rusland gesteunde separatisten. Danilo moest vluchten. Het front loopt nu langs zijn boerderij. Hij heeft zijn land verkocht. De gebouwen worden nu gebruikt door het Oekraïense leger.

"Het voelt nu zo ver", zegt hij over Donetsk. "Vroeger kende ik daar iedere straat, nu zou ik het niet meer weten." Hij is een van de talloze vluchtelingen die een nieuwe bestaan moest vinden buiten het door de separatisten gecontroleerde deel van de regio Donetsk.

We trekken op onze reis door Oekraïne van Kiev, via Charkov en Kramatorsk naar de havenstad Marioepol. En steeds weer is er iemand die wijst. Kijk daar. Daar staan de Russen. Daar zijn de loopgraven. Daar woont mijn zus op nog geen drie kilometer, maar ik heb haar al zes jaar niet meer gezien. Daar op het kerkhof liggen mijn ouders, maar ik kan er niet naar toe. Daar. Daar liggen de herinneringen.

"Het gaat prima, we zijn eraan gewend", is het standaard antwoord op de vraag hoe het is om zo dicht bij het front te leven. Maar als je doorvraagt blijkt het ook een formule om de pijn en het verlies te bezweren.

In Charkov laat Joeri Troevatsjev de loopgraven aan de grens zien. Daar, achter die rij bomen, ligt Rusland. Acht jaar geleden was dit een open veld, nu wordt de grens gemarkeerd door een tankgracht, een weg, een hoog hek en loopgraven. Op verschillende plaatsen staan hoge torens met camera's. Van de 120.000 militairen die volgens de NAVO aan de andere kant van de grens staan hebben ze hier nog niets gezien.

'De meningen zijn hier meer verdeeld dan in de rest van het land'

Het stadje New York ligt direct aan het front. In het midden staat een chemische fabriek. Hier zien ze dat midden in de oorlog als een zegening, want dat is de reden waarom het stadje met een strategische ligging op een heuvel niet zwaarder is beschoten. Al viel de laatste granaat vorig jaar wel vlak naast de kerk in het historisch centrum. Op 11 september. Dat kan geen toeval zijn, meent de onderwijzeres Ljoedmila. Onder de communisten kreeg de stad in de jaren vijftig de naam Novgorodske, maar vorig jaar kwam de naam New York weer terug.

De 28-jarige Kristina geeft leiding aan een groep tieners die iets voor de stad willen doen. Hun eerste actie was een reclamezuil voor de stad met de tekst 'Ik houd van New York'. Kristina neemt ons mee tot aan de rand van de stad. Ze is zichtbaar nerveus, maar omringd door de huizen in het centrum en met hier en daar een Oekraïense militair in de buurt voelt ze zich veilig.

Hier treffen we ook Andrej. Hij geeft de honden bij de buren wat te eten. Als ik hem vraag hoe het gaat, begint hij niet over de oorlog, maar over het feit dat hij geen stromend water heeft omdat de buizen weer eens bevroren zijn. En de weg is ook nodig toe aan onderhoud. Hij wijst naar het besneeuwde zandpad voor zijn deur. Nu ligt er een mooie egale laag sneeuw. In de winter vult de sneeuw de gaten.

Maar dan wijst ook hij in de verte: "Kijk, daar ligt Gorlovka, op nog geen drie kilometer woont mijn zus. Vroeger liep ik er door de velden zo heen. Nu kan dat niet meer. Ik heb haar al jaren niet meer gezien."

'Is dit echte stilte, of stilte voor de storm?'

De controleposten door het front zijn hier allemaal gesloten. Wie nu nog naar het door de separatisten gecontroleerde gebied wil moet omreizen via de regio Loegansk, of via de makkelijkste route, via Rusland. Maar dat kost geld.

Ook de man die op zijn fietst het sprokkelhout verzamelt voor de kachel wijst in de verte. Daar op het kerkhof liggen zijn ouders. En andere familieleden. Hij wil er graag heen, maar moet dan omreizen via Rusland. Alleen al de heenreis kost 3000 Grivna, zegt hij. Dat is wat hij in een maand aan pensioen krijgt.

In 2015 werd de stad Marioepol beschoten. We staan bij het monument voor de slachtoffers en een vrouw wijst ons waar de raketten vandaan kwamen. Zij was op dat moment thuis, op nog geen honderd meter sloegen de raketten in. Als ik vraag wie de raketten afschoten, wijst ze in de richting van het front op nog geen twintig kilometer van deze plek.

Ze hoopt dat er geen oorlog komt, of zegt te weten dat er geen oorlog komt. En ook dat wordt door bijna iedereen herhaald: niemand houdt rekening met een oorlog. Maar ook dat is een formule om de angst te bezweren. Want de mensen langs het front kennen allemaal de pijn en het verdriet van de oorlog.

In de Zee van Azov maakt Rusland nu al de dienst uit

Eerder maakte Nieuwsuur-verslaggever Gert-Jan Dennekamp deze reportages over de situatie in de Oekraïense hoofdstad Kiev:

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl