Een nieuwe lichting studenten maakt deze weken kennis met hun toekomstige stad. Dat er meer mag tijdens de introductieweken dan vorig jaar, maakt studenten blij. Toch hebben organisaties ook dit jaar rekening te houden met de coronamaatregelen, waardoor nog lang niet alles kan voor de aankomend studenten.
Eén van die studenten is de 18-jarige Venus Breteler. Vanaf september studeert zij Diergeneeskunde aan Universiteit Utrecht. Daar mogen maximaal 2000 studenten fysiek meedoen aan de Utrechtse Introductie Tijd (UIT), besloot het bestuur samen met de gemeente. De overige 1800 ingeschreven studenten moeten de UIT via een online programma volgen. Merel Smeets, bestuurslid van de UIT, is blij dat er toch iets kan. "Vorig jaar was ons gehele programma online, dus heeft die lichting studenten eigenlijk geen goede introductie gehad."
'Onmogelijk om introductiegevoel online te krijgen'
Venus greep net naast een toegangskaartje voor de fysieke UIT. "Ik had super graag in Utrecht willen zijn deze week om de introductie mee te maken, maar nu moet ik het vanuit mijn kamer volgen. Als ik wist dat mijn introductie op deze manier zou zijn, had ik niet meegedaan."
Het contrast tussen de ervaringen in verschillende steden is groot. Waar Venus (tevergeefs) achter haar laptop probeert iemand te vinden die met haar een digitale escaperoom wil doen, staat Aimée in Leiden met een biertje tussen haar medestudenten te dansen in het park:
Venus snapt dat de organisatie haar best doet, maar ze denkt dat het onmogelijk is om het gevoel van de introductie via een online programma te krijgen. "Na de tweede ochtend ben ik gestopt, want ik haalde er gewoon te weinig plezier uit."
Ook in Leiden, Wageningen en Delft zien de introductieweken er anders uit dan normaal. Niet iedereen loopt de introductie tegelijk en de weken zijn korter. De groep ingeschreven studenten werd in tweeën gesplitst en de groepjes moeten in shifts hun steden ontdekken. "Ongeveer tweeduizend studenten beleefden de eerste helft van de week het programma en duizend lopen op dit moment hetzelfde programma", zegt Floor van Dijk van de Leidse Introductieweek.
'Kroegen te vroeg opengegooid'
De Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) vindt het goed dat er dit jaar veel fysiek mogelijk is, maar baalt ook dat het dit jaar nog niet optimaal is. "Het is zonde dat het kabinet de deuren van de horeca zo vroeg open heeft gegooid", zegt Ama Boahene van de LSVb. "Als dat niet was gebeurd, dan was er dit jaar meer mogelijk geweest voor studenten." Ze vindt dat het kabinet meer rekening had kunnen houden met deze belangrijke periode voor aankomend studenten.
De 18-jarige Renee Oosterhout is blij dat ze een fysieke introductieweek heeft meegemaakt. Ze liep de Groningse KEI-week. Daar kon de organisatie iedereen toelaten en was er geen online programma. "Je merkte in de eerste dagen dat de organisatie van activiteiten chaotisch verliep door de coronamaatregelen, maar we hebben er met ons groepje een onwijs leuke week van gemaakt en ik heb veel nieuwe vrienden ontmoet."
Venus hoopt voor de nieuwe studenten van volgend jaar dat de introductietijd dan wel voor iedereen fysiek is. "Dan ken je je stad al een beetje en leer je nieuwe mensen kennen. Ik heb nu vooral veel telefoonnummers in mijn telefoon van mensen die ik niet echt ken."