Middelbare scholen hebben sinds de uitbraak van het coronavirus veel moeten improviseren. De manier waarop leerlingen les krijgen verschilt van school tot school. En daar maken ouders zich zorgen over. Die conclusie trekt de Stichting Ouders en Onderwijs op basis van een verkennend onderzoek naar het onderwijs in coronatijd.
"We hebben aan ouders gevraagd: hoe tevreden was u eerst met het onderwijs en hoe is dat nu? Dan we zien toch dat het fiks is afgenomen", zegt directeur Lobke Vlaming. "Dat is ook niet niet heel gek, aangezien alles op afstand moet en dan ook nog van het ene op het andere moment. Daardoor zien ouders een afname van kwaliteit."
Scholen gaan bijvoorbeeld verschillend om met overgaan of blijven zitten, vertelt Vlaming. "Ook zijn er verschillen in de manier waarop het onderwijs wordt aangeboden. Of er veel digitaal onderwijs op afstand is of dat kinderen juist veel naar school kunnen. Verder wordt er anders omgegaan met toetsen."
Drie weken lang toetsen
Iedere middelbare school heeft volgens Vlaming gekeken naar de eigen mogelijkheden en heeft eigen keuzes gemaakt. "Maar daardoor is een wat chaotische situatie ontstaan: het is overal anders. Sommige ouders met kinderen op verschillende middelbare scholen zien ook dat er grote verschillen zijn in hoe alles is aangepakt."
Het aantal toetsweken verschilt bijvoorbeeld van school tot school. Zo heeft Robbert van Ettekoven die in 5 vwo op het Van Lodenstein College in Amersfoort zit, de komende weken bijna elke dag een toets. "Ik mag nu nog een maand naar school en er is de keuze gemaakt om drie weken te toetsen", zegt Robbert. "Daarnaast mag je nog een weekje naar school voor les."
Nienke Keulen zit in 5 vwo op het Zaanlands Lyceum in Zaandam. Zij hoeft maar een beperkt aantal toetsen te maken. "Ik heb niet van elk vak een toets. Soms heb ik een praktische opdracht die ik gewoon thuis kan doen", zegt Nienke. Bovendien tellen de toetsen niet mee voor het overgaan naar volgend jaar. "Dat is op basis van je andere cijfers en je inzet."
Robbert is voor zijn gevoel minder goed voorbereid dan bij andere toetsweken. "Omdat ik niet dezelfde lessen heb gehad als normaal. En ik heb het gevoel dat je dat wel gaat terugzien in mijn cijfers." Ook Nienke is ervan overtuigd dat ze achterloopt. "Volgens mij kan er aan die achterstand nu ook niet meer veel worden gedaan."
Ook uit het onderzoek van de Stichting Ouders en Onderwijs blijkt dat de meeste ouders denken dat hun kinderen tijdens de coronacrisis een leerachterstand hebben opgelopen. Maar volgens onderwijssocioloog Thijs Bol van de Universiteit van Amsterdam is het nog te vroeg om harde conclusies te trekken.
"Op dit moment weten we nog niet zeker of er een achterstand is ontstaan. Dat zullen we echt moeten afwachten", zegt Bol. "Maar als we kijken naar eerder onderzoek en wat er gebeurt als kinderen een tijd niet naar school gaan dan is de kans daarop wel groot."
Duidelijke richtlijn voor scholen
Bol pleit voor een richtlijn om een einde te maken aan de verschillen tussen de scholen. "Ik denk dat het belangrijk is dat er vanuit het ministerie wordt nagedacht hoe we zorgen dat komend schooljaar meer geharmoniseerd wordt. Dat er een duidelijke richtlijn komt waar scholen zich aan vast kunnen houden."
Want verschillen tussen de scholen zijn volgens hem erg onwenselijk. "Uiteindelijk wil je als onderwijssysteem dat kinderen gelijke kansen krijgen ongeacht op welke school ze zitten. Dat betekent dat het niet zou moeten uitmaken of ik op school A of school B zit of ik overga of ik mijn examen haal."
