Het is al decennia een traditie: in de aanloop naar Pasen wonen veel leden van het kabinet een uitvoering van Bachs Matthäus Passion bij. Doorgaans gaan ze naar de Grote Kerk in Naarden, maar premier Rutte kiest ook wel eens voor de Pieterskerk in Leiden. Dit jaar gaat hij naar de Nieuwe Kerk in Delft.
Het maakt zeker iets uit naar welke uitvoering je luistert, vertelt Rutte. "Het tempo, de instrumentkeuze, hoe authentiek je de oude muziek probeert uit te voeren. Er zijn grote verschillen tussen de verschillende bespelers, ja. Als u de Mengelberg Matthäus Passion beluistert met dubbele bezetting en driedubbele koren en een tempo dat je zo ongeveer denkt dat je de nachttrein niet meer zou halen, dat was toch een totaal andere Passion dan de twee keer anderhalf uur waarin we het nu horen."
Rutte ziet het bezoeken van een uitvoering niet als verplichting, zegt hij. "Ik vind het prachtig, de traditie is geweldig." Toch vindt hij het werk ook weer niet het mooiste dat Bach heeft gecomponeerd. "Het is een heel commercieel stuk. De Johannes Passion, die in de Lutheraans traditie veel wordt uitgevoerd in de Noord-Duitse steden, is wat minder commercieel denk ik. Maar Die Kunst der Fuge, of Das wohltemperierte Klavier, dat is de muziek die mij nog meer bekoort."
De premier vindt de moderne uitvoeringen van de Matthäus Passion dus iets te 'commercieel', maar is tegelijkertijd niet vies van een beetje netwerken tussen de bedrijven door. "Er is een pauze en dan kan je niet vermijden dat je ook mensen spreekt, uit de politiek, maatschappelijk organisaties en bedrijven. Maar ik heb geen geldzak bij me."
Rutte heeft nog een laatste kritische noot over het tempo van de moderne uitvoeringen. "Dat hoeft niet verder omhoog. De snelheid waarmee de stukken gespeeld worden maakt het wel frisser, maar op een geven moment wordt het allemaal prestissimo, daar zou ik tegen pleiten."