In de agrarische sector nemen de zorgen over zelfmoord onder boeren toe. Veel boeren kennen wel iemand in de sector bij wie het mis ging, maar officiële cijfers zijn er nog niet. Onderzoek in de landen om ons heen toont aan dat suïcide onder agrariërs beduidend meer voorkomt dan gemiddeld.
En daarom komen agrarische organisaties en zuivelbedrijven nu in actie. Samen met hulporganisatie '113 Zelfmoordpreventie' organiseren zij nu trainingen om suïcidaal gedrag bij boeren te herkennen en dit met ze te bespreken. De deelnemers zijn de zogeheten erfbetreders: mensen die voor hun werk al bij de boer op het erf komen, zoals dierenartsen.
Minister Carola Schouten van Landbouw komt vandaag met een aantal maatregelen om zelfmoord onder boeren terug te dringen. Zo moet er een landelijk meldpunt komen voor erfbetreders, zodat zij hun zorgen over de boeren die ze bezoeken ergens kunnen melden. Ook moet onderzoek de problematiek rondom suïcide in de boerensector in beeld gaan brengen.
Er knapt iets
Financiële zorgen, strenge milieuwetten, eenzaamheid: het zijn zomaar een paar stressfactoren. Jouk Dunnink was tot twee jaar geleden varkensboer. Hij had een ongelukkig huwelijk en na zijn scheiding stond hij er alleen voor.
De werkdruk loopt zó hoog op dat er op een dag iets knapt. "Je staat 's morgens op en je hebt een rotgevoel", vertelt Dunnink. "Vervolgens kom je in de stal en is de voermachine kapot. Je loopt een stukje verder en er ligt een dood varken, de biggen breken uit en gaan alle kanten op."
Het was de druppel voor Dunnink. "De radeloosheid, de stress: je voelt je zo opgewonden, zo opgeladen, dat is met geen pen te beschrijven. Ik heb een touw aan een balk gehangen op zolder om er een eind aan te maken."
Boer Dunnink vertelt hieronder meer over hoe hij zich voelde.
In Nederland wordt niet bijgehouden wat het beroep is van mensen die zelfmoord plegen. In andere landen gebeurt dat wel: experts in België en Duitsland schatten dat jaarlijks 400 tot 500 boeren er een eind aan maken. In Frankrijk is de kans dat een boer zelfmoord pleegt zelfs 22 procent hoger dan het gemiddelde.
"Heel vaak zien ze het wel, maar weten ze niet wat ze ermee moeten doen. Kan ik er überhaupt wel iets over zeggen? Is dat niet een brug te ver?", vertelt Jeannette van de Ven van land- en tuinbouworganisatie LTO.
Het is niet de bedoeling dat de erfbetreder zelf hulp gaat bieden. "Dan zou hij of zij opgeleid moeten zijn door psychologen en dat is niet zo. Maar diegene kan wel vragen: zou het helpen om eens met de huisarts te praten? Of kan ik iemand voor je bellen die met je komt praten?"
'Ze verliezen alles'
Volgens agrarisch coach Monique te Kiefte is het ook een identiteitskwestie. "Boer zijn maakt wie je bent. Mensen die echt in nood zitten en op het punt staan hun boerderij te verliezen, verliezen dan niet alleen de boerderij, maar ook hun werk, hun sociale contacten. De plek waar ze wonen. Ze verliezen eigenlijk alles. Dat maakt dat mensen daarin heel ver kunnen gaan en zich machteloos en onbegrepen voelen."
Voor boer Dunnink kwam de hulp op tijd. "Toen ik niet durfde te springen, heb ik de dominee gebeld. Ik had een hele goede band met mijn predikant. Ik heb hem gebeld en hij is toen gekomen. We hebben toen een goed gesprek gehad. Hij zei: haal dat touw alsjeblieft weg."
Dat er iemand was die naar hem luisterde, deed hem goed. Achteraf denkt hij niet dat hij toen echt dood wilde. "Ik denk het niet. Maar ik wilde uit die situatie."