"De missie in Mali liet een veel grotere voetafdruk achter in de Nederlandse krijgsmacht dan van te voren verwacht", zegt Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer. De instantie presenteerde een kritisch rapport over de Nederlandse militaire missie in Mali.
Daaruit blijkt dat onze krijgsmacht deze missie eigenlijk niet aankon, door een gebrek aan materieel en training. En dat heeft ook weer grote gevolgen voor de rest van onze krijgsmacht. Andere legeronderdelen moeten mensen en middelen afstaan, waardoor ze zelf in problemen komen.
Vorig jaar voerde Nederland 18 militaire missies uit in 17 landen. Die hoeveelheid vormt een reëel risico voor de inzetbaarheid van de krijgsmacht, stelt de Rekenkamer. "Als we op deze manier blijven doorgaan en dit blijven vragen van defensie, dan wordt het een steeds groter probleem", zegt Visser.
Bekijk hieronder het volledige gesprek met Arno Visser van de Algemene Rekenkamer.
Gisteren werd bekend dat het kabinet de vredesmissie in Mali in 2019, na vier jaar, wil beëindigen. De circa 250 militairen die in Mali in VN-verband werken, komen dan terug naar Nederland. De prioriteiten worden verlegd naar missies in Afghanistan en Irak.