De luchtmacht vervoert in vliegtuigen gevaarlijke stoffen die ze helemaal niet door de lucht mag transporteren. Andere stoffen worden niet goed verpakt tijdens het transport. Het gaat om bijvoorbeeld zuurstofflessen en chemicaliën. Dit staat in een vertrouwelijk rapport dat in handen is van Nieuwsuur.
Veiligheidsdeskundigen en de militaire vakbond zeggen dat de luchtmacht onverantwoorde risico's neemt bij het vervoer van gevaarlijke stoffen door de lucht, en over de weg. Het gaat zowel om vervoer binnen Nederland als van en naar militaire missiegebieden, zoals Mali en Irak.
"Zendingen vanuit het uitzendgebied die door de lucht naar Nederland komen, zijn met regelmaat verkeerd verpakt, gelabeld of gedocumenteerd", staat in het rapport. "Of ze bestaan uit items die helemaal niet door de lucht vervoerd mogen worden."
'Samenleving loopt gevaar'
Dat is buitengewoon riskant, zegt emeritus hoogleraar veiligheid en rampenbestrijding Ben Ale. "Het kan ertoe leiden dat je in dat vliegtuig een lekkage krijgt waardoor bijvoorbeeld de bedrading wordt aangetast. Het kan ook tot brand of ontploffing leiden. Kortom, dingen die je je in een vliegtuig absoluut niet kunt permitteren."
Ook Jean Debie, voorzitter van de vakbond voor burger en militair defensiepersoneel (VBM), vindt het "zorgelijk, ernstig en onverantwoord. De samenleving loopt groot gevaar".
Tot nu toe zijn er in Nederland geen grote ongelukken gebeurd bij het vervoer van gevaarlijke stoffen. Maar het rapport waarschuwt voor een ongeluk zoals in de VS in 1996. Daar ging het mis toen de lading van een passagiersvliegtuig in brand vloog en ontplofte.
Honderdtien mensen kwamen toen om het leven. "De les die we moeten leren van dat vliegtuigongeluk is dat je niet alles door de lucht moet vervoeren", zegt hoogleraar Ale. "En wat je wel door de lucht vervoert, moet je goed verpakken. Anders kan een vliegtuig neerstorten."
Je kunt de chauffeur niet de schuld geven van het falende systeem.
Ook bij het vervoer over de weg van munitie, brandbare en giftige stoffen gaat er van alles fout. De afgelopen vijf jaar is een groot aantal voorvallen gemeld.
Een incident met het transport van zuurstofcilinders uit het luchtmachtmagazijn is de aanleiding voor het onderzoeksrapport. Dit gebeurde in februari 2016. Met de cilinders, die over de weg werden vervoerd, was van alles mis. Zo waren de cilinders niet in Nederland gekeurd.
"Die zuurstofflessen waren in Amerika goedgekeurd", zegt Ale. "Maar daar draaien ze de schroefdraad van de cilinder een andere kant op dan in Europa. Als je zuurstofcilinders dan probeert aan te sluiten gaat dat verkeerd en krijg je een ongeluk."
En omdat de vervoersdocumenten niet klopten, is de chauffeur door de marechaussee aangehouden. Vakbond-voorzitter Debie vindt dat onacceptabel. "Die chauffeur kan je niet de schuld geven van het falende systeem. De leidinggevenden moeten aangepakt worden: de commandant van de luchtstrijdkrachten en de minister."
Slecht opgeleid
De onderzoekers trekken harde conclusies. Zo schrijven ze dat leidinggevenden binnen de luchtmacht de processen en regels niet kennen. Veilig vervoer is geen prioriteit, en de medewerkers zijn slecht of helemaal niet opgeleid.
Debie is er verontrust over. "Als je onvoldoende bent opgeleid dan betekent het dat je het risico van je handelen helemaal niet kan overzien. Mensen hebben onvoldoende besef van de gevaren die ze lopen met het verpakken en vervoeren en het aanbieden van gevaarlijke stoffen."
Net als de luchtmacht vervoeren ook de landmacht en de marine gevaarlijke stoffen. De militaire vakbond wil een onderzoek naar hoe het daar is geregeld. Debie: "Als dit gebeurt bij een luchtmacht die vliegveiligheid hoog in het vaandel heeft staan, dan maak ik me grote zorgen of het bij de landmacht, marine en het munitiebedrijf van defensie wel goed is geregeld."
De luchtmacht kan op deze manier niet doorgaan.
Luitenant-Generaal Luyt, de commandant van de luchtmacht, is inmiddels op de hoogte van de problemen en heeft maatregelen aangekondigd. Maar Debie en Ale vinden dat de luchtmacht een pas op de plaats moeten maken.
Debie pleit voor het voorlopig stopzetten van dit soort vervoer. "Op het moment dat je zodanige risico's niet meer kunt overzien, betekent het dat je het vervoer van gevaarlijke stoffen moet stopzetten. Je kan dat pas verantwoord doen als daarvoor in een organisatie voldoende kennis en kwaliteit aanwezig zijn."