De moord op Theo van Gogh, het verschijnen van Geert Wilders’ film Fitna en de aanslag op de Twin Towers in New York. Allemaal momenten waardoor in Nederland de vlam in de pan had kunnen slaan tussen moslims en niet-moslims.
Dat dit niet gebeurde, ligt volgens vertegenwoordigers uit de Turkse en Marokkaanse gemeenschap deels aan het reguliere overleg dat er was tussen de verschillende ministers van Integratie en minderhedenorganisaties.
In het kabinet Rutte 1 is de Wet Overleg Minderhedenbeleid ingetrokken, waardoor het overleg verdween. In de Tweede Kamer ligt nu een evaluatierapport dat concludeert dat het effectiever zou zijn om een dergelijk overleg weer in te voeren. De Kamer moet het rapport nog bespreken.
Dat er nu regelmatig spanningen zijn, zoals onlangs in Rotterdam rond het Turkse referendum, is volgens minderhedenorganisaties het gevolg van het intrekken van de wet en het overleg. De organisaties worden nu alleen nog op het matje geroepen als er spanningen zijn.
We hadden vaak heftige discussies, bijvoorbeeld over eerwraak en homoseksualiteit.
Rita Verdonk, oud-minister van Integratie, maakte dankbaar gebruik van het overleg. Ze was een voorstander van een strenge integratiepolitiek, maar vond dat dat beleid samen met minderheden moest worden besproken.
Het werd daardoor mogelijk om beleid tot in de haarvaten van de gemeenschappen door te voeren. Zo koos Verdonk er na de moord op Theo van Gogh voor eerst samen met alle minderhedenorganisaties om tafel te gaan zitten om een gezamenlijke verklaring af te geven.
"We hadden vaak heftige discussies, bijvoorbeeld over eerwraak en homoseksualiteit. Maar het mooie was dat we die gesprekken hadden en de organisaties vervolgens doorgaven aan hun achterban. Als minister had je zo een enorm bereik dat zeer gericht en effectief was", vertelt Verdonk.
Er werd ook heel goed geluisterd naar wat de spanningen in verschillende gemeenschappen waren.
Maar het was niet zo dat alleen de minister baat had bij het overleg, zegt Walter Palm, bedenker van de wet. "Er werd ook heel goed geluisterd naar wat de spanningen in verschillende gemeenschappen waren, zodat er snel maatregelen genomen konden worden."
Bouchaib Saadane van het overkoepelende orgaan voor Marokkanen in Nederland moet nu via de media horen wat de minister van plan is. "Ik weet helemaal niet meer wat ik van de politiek moet denken. Alles is populistisch geworden. Alles wat met migranten te maken heeft is verboden, verkeerd en slecht. Dat was helemaal anders toen Verdonk nog minister was."
Ook Sevil Ertuk van het Inspraakorgaan van de Turken mist Verdonk. "We konden de signalen uit onze achterban met de minister bespreken en samen erger voorkomen. Die mogelijkheid is er niet meer en dat kan tot situaties leiden die we de afgelopen maanden in de Turkse gemeenschap hebben gezien.
Ook Verdonk adviseert om het afgeschafte overleg in een nieuw jasje weer in te voeren. "Het is heel vaak moeizaam en doorzetten, maar met stappen vooruit en twee achteruit bereik je toch meer."