"Ik heb echt alles en iedereen gebeld, wat ik maar verzinnen kon. Ik heb zo ontzettend veel instellingen aan de telefoon gehad en er is gewoon geen plaats." Drie weken lang had Saskia van der Weck - moeder van een verstandelijk gehandicapte zoon - een dagtaak aan het bellen met instellingen en het invullen van papierwerk. Het resultaat: er is echt geen plaats voor haar zoon Siebe.
Van der Weck begon haar zoektocht al maanden geleden. Siebe (14) heeft down, autisme en een ernstig verstandelijke handicap. Hij woont thuis bij zijn moeder en zusje, maar dat gaat eigenlijk niet meer. "Mijn dochter trekt het niet meer. Dat was voor mij ook het moment om te besluiten dat hij echt uit huis moet."
Siebe is niet de enige voor wie er geen plaats is in Nederlandse instellingen voor gehandicaptenzorg. Cliëntenorganisatie MEE maakte een inventarisatie en kwam op een lijst van 125 mensen die geen geschikte opvang kunnen vinden. Het gaat veelal om jonge mensen tussen de 18 en 35 jaar met een verstandelijke beperking in combinatie met ernstige gedragsproblemen.
"Wij gaan voor deze 125 cliënten langs allerlei instellingen en er is nergens plaats voor hen", vertelt Mirjam Sterk van MEE, die schat dat het werkelijke aantal moeilijk plaatsbaren rond de vijfhonderd ligt.
De organisatie ondersteunt cliënten of hun familieleden bij het vinden van opvang. Dat blijkt op het moment dus erg lastig. "We hebben consulenten die twintig instellingen afbellen en bij twintig instellingen gewoon niks krijgen."
De moeder van Siebe heeft nu haar hoop gevestigd op een instelling die eigenlijk niet gespecialiseerd is in hulp voor jongens als hij. "Er is een heel klein beetje hoop. Er is een instelling die vorig jaar failliet is gegaan maar nu weer van start mag. Het is eigenlijk voor volwassenen maar ze willen onderzoeken of ze mogelijk ruimte kunnen maken voor Siebe."