Wat begon als een ‘goede grap’ van weblog GeenStijl is inmiddels uitgelopen op een diplomatieke nachtmerrie van premier Mark Rutte. De premier wil het associatieverdrag met Oekraïne ratificeren, maar ook recht doen aan de nee-stemmers bij het referendum.
Tijd
In een speciale bijsluiter moeten worden vastgelegd dat Oekraïne geen lid wordt van de Europese Unie, geen extra geld krijgt en dat er geen sprake zal zijn van militaire samenwerking.
Volgens het kabinet wordt daarmee recht gedaan aan de uitslag van het referendum van 6 april, toen een meerderheid van de stemmers nee zei tegen het verdrag. "Dat kost opnieuw tijd, meer dan velen gewenst hadden in Nederland", schrijft Rutte vandaag.
Rutte hoopt dat hij deze oplossing er ook in Brussel doorheen krijgt, maar hij wil eerst de steun van de Tweede Kamer. Hij kwam daarom afgelopen vrijdag nog met een hartenkreet.
Een Nederlands nee, en daarmee het niet doorgaan van het verdrag, zou volgens hem slecht zijn voor de internationale verhoudingen. Het zou vooral Rusland te veel in de kaart spelen. Daarom wil hij het verdrag aanpassen.
Oordeel
Ook Eurocommissaris Frans Timmermans (PvdA) riep dit weekend partijen in het parlement op verantwoordelijkheid te tonen. Net als minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën zondag in het televisieprogramma Buitenhof.
De oppositie wil juist dat Rutte het eerst eens wordt in Brussel en zal dan pas een oordeel geven. Tot dan moet de nee-stem van het adviserende referendum ook een nee blijven.
Sleutelrol
De afgelopen tijd is er veel overlegd met partijen als CDA, D66, ChristenUnie en SGP, die het verdrag in de Eerste Kamer aan een meerderheid zouden kunnen helpen. Maar vooralsnog nog zonder resultaat. Vooral het CDA speelt hierin een sleutelrol: zonder steun van deze partij in de Eerste Kamer is de kans op een meerderheid bijzonder klein.
De aanpassingen van het akkoord moeten tijdens een Europese top op 15 en 16 december worden bekrachtigd. Tot die tijd neemt het kabinet dus de tijd om verder te onderhandelen.
