"Ben in het Louvre vanaf 12 uur of eerder, als je wilt", schreef Vincent van Gogh in 1886 aan zijn broer Theo. Een jaar eerder schreef de Noor Edvard Munch: "Hoera, vive La France! Stel je voor hoe wij de vloer van het Louvre zullen verslijten, zo erg dat de Franse regering nieuwe verf zal moeten bekostigen."
De kunstenaars waren bijna gelijktijdig in Parijs. "De stad was toen de hoofdstad van de kunst en een magneet voor veel kunstenaars," vertelt directeur Axel Rüger van het Van Gogh Museum. Toch hebben ze elkaar nooit ontmoet. "Maar door hun verblijf in Parijs kwam er kleur in het werk van Munch en Van Gogh. De overeenkomsten zijn groot, maar vooral bij Van Gogh ging zijn sombere Nederlandse werk bijna van het ene moment op het andere over op een Frans palet met een kleurrijker stijl."
Van de twee beroemdheden worden voor het eerst ruim honderd werken samengebracht uit de hele wereld. Centraal in de tentoonstelling staan de raakvlakken in het werk van de kunstenaars, die tot op de dag van vandaag een miljoenenpubliek inspireren. Museumdirecteur Axel Rüger reisde met Nieuwsuur door het Parijs van de twee.
Rue Lafayette
Die kleurrijke Parijse stijl is onder meer terug te zien in 'Rue Lafayette' van Munch. Hij schilderde het in de gelijknamige straat in 1891. Anno 2015 is het gebouw nauwelijks veranderd. Nieuwsuur krijgt toestemming van de huidige bewoners, een modern hotel, om de locatie te bekijken.
"Te gek", vindt Rüger. "Het klopt allemaal nog steeds. Het is een bijzonder schilderij omdat Munch zelden stadsgezichten schilderde in zijn Parijse periode. Van Gogh en hij waren veel meer geïnteresseerd in mensen en landschappen."
Omdat de twee in dezelfde periode in Parijs verbleven, hadden ze elkaar theoretisch ontmoet kunnen hebben. Het is slechts een van de vele parallellen die aanleiding is voor de blockbustertentoonstelling: Munch en Van Gogh beslisten allebei in 1880 dat ze kunstenaar wilden worden, ze schreven veel en mooi over hun eigen werk, maakten veel zelfportretten, verwondden zichzelf met een pistool en verbleven in een psychiatrische inrichting. Bovendien hebben ze beiden nu een eigen museum.
Verschillen
Toch zijn er ook verschillen aan te wijzen, vooral in werkwijze. Conservator Maite van Dijk: "Waar Van Gogh heel pasteus, kliederig dik, schilderde, werkte Munch transparanter, verdund haast, waardoor je zelfs het druipen kunt zien. Van Dijk wijst op de rechterhoek onderaan het schilderij 'De sterrennacht'. "Je ziet hoe Munch dunne lagen verf over elkaar heen zet en het ritme van de penseelstreek." In de tentoonstelling zijn de werken steeds bij elkaar opgehangen.