Om de vluchtelingenstroom te stoppen is een meerderheid van de Tweede Kamer nu ook voor Nederlandse bombardementen op IS-doelen in Syrië. Maar hoe effectief is deze strategie? Want de meeste Syriërs zijn niet gevlucht voor de barbarij van Islamitische Staat, maar voor de vatenbommen van Assad.
In Nieuwsuur een reportage van Jan Eikelboom uit Zuid Turkije en een gesprek met directeur Kenneth Roth van Human Rights Watch.
Burgerslachtoffers
In de Syrische oorlog zijn inmiddels naar schatting ruim 250.000 mensen om het leven gekomen. Uit cijfers van Syrische mensenrechtenorganisaties blijkt dat het Syrische regime verantwoordelijk is voor veruit het hoogste aantal burgerslachtoffers. Het in Londen gevestigde Syrian Network for Human Rights stelt dat tussen januari en juli van dit jaar 7894 mensen zijn gedood door regeringsgezinde troepen en milities. IS maakte in dezelfde periode 1131 slachtoffers.
IS en Assad zijn twee kanten van dezelfde medaille.
Nieuwsuur-verslaggever Jan Eikelboom sprak in Zuid Turkije met Syrische vluchtelingen. Zij zien het regime van president Bashar al Assad als minstens zo’n groot probleem als Islamitische Staat. "IS en Assad zijn twee kanten van dezelfde medaille", zeggen zij. Volgens hen zullen de oorlog en de vluchtelingenstroom alleen stoppen als het westen ook het Syrische regime verjaagt, en niet alleen IS.
Vatenbommen
Veel doden in Syrië worden veroorzaakt door vatenbommen, die door het regeringsleger worden afgeworpen boven dorpen en steden die in handen zijn van de oppositie. Het geïmproviseerde explosieven, meestal letterlijk een vat gevuld met springstof. Omdat vatenbommen ongericht naar beneden worden gegooid treffen ze vooral civiele doelen, zoals woonhuizen, kantoren en scholen. Zo werd op 3 mei een school in Aleppo getroffen. Dertien kinderen kwamen om het leven, vele anderen raakte gewond. In een ziekenhuis in de Zuid Turkse stad Kilis spreken we met de vader van een van de gewonden. Hij vertelt hoe groot de paniek was, toen de school werd geraakt.
Oproep
Directeur Ken Roth van Human Rights Watch roept de internationale gemeenschap op om in te grijpen en een einde te maken aan de aanvallen met vatenbommen. In een opiniestuk in de New York Times zegt hij dat anders de radicale groepen zullen profiteren: "Als we falen in de aanpak van de vatenbommen, dan zal dit extremistische groepen als het Nusra Front en IS helpen. Zij rekruteren nieuwe leden door zich te presenteren als de enige sterke militaire macht die het kan opnemen tegen de misdaden van Assad’s regeringstroepen."
Samenwerken
Ook in veel Europese hoofdsteden klinkt de roep dat Assad moet vertrekken. Maar niet overal. De Oostenrijkse minister van Buitenlandse Zaken Sebastian Kurz zei onlangs dat de wereld juist moet samenwerken met het Syrische regime om IS te verslaan. Ook Iran en Rusland zien Assad niet als onderdeel van het probleem, maar van de oplossing. Inmiddels zijn er onbevestigde berichten dat Russische soldaten nu ook meevechten aan de kant van het regime.