Onrust in Kosovo na explosie in kanaal, Servië ontkent schuld
In het noorden van Kosovo is gisteravond een ontploffing geweest in een kanaal. Daardoor zaten verschillende gemeenten tijdelijk zonder water. Ook wordt het water in het kanaal gebruikt als koelwater voor kolencentrales. Volgens de premier van Kosovo, Albin Kurti, is de explosie het gevolg van "een terroristische aanval" door buurland Servië. In zijn videoboodschap levert hij daarvoor geen bewijs.
Servië ontkent betrokkenheid bij de explosie. De Servische minister van Buitenlandse Zaken, Marko Djuric, noemt de beschuldigingen ongegrond. Djuric zegt dat Servië klaarstaat om financieel en technisch te helpen bij het herstel van de schade aan het kanaal.
Kosovo werkt samen met een elektriciteitsbedrijf in Albanië om meer elektriciteit te leveren om de getroffen gebieden weer van stroom te voorzien. Ook wordt er drinkwater gebracht.
Stroom werkt
Op beelden van lokale media was te zien dat het kanaal beschadigd was en dat er water wegstroomde. De stroomvoorziening leek grotendeels intact, meldt persbureau Reuters. Lokale nieuwssites melden dat de stroomvoorziening werkt.
Een Reuters-verslaggever bezocht de plaats van de explosie en zag een gat in de betonnen muur van het kanaal. Inmiddels zijn er grote buizen geplaatst:
Vanochtend was er een noodoverleg in de Veiligheidsraad van Kosovo. Als reactie op de explosie verscherpt Kosovo de beveiliging bij onder meer bruggen, kanalen en andere strategische locaties. Ook worden militairen ingezet om vergelijkbare aanvallen te voorkomen.
De beveiliging was al aangescherpt na twee andere recente aanvallen in het noorden van Kosovo. Daarbij werden handgranaten naar een politiebureau en een gemeentegebouw gegooid.
De spanningen tussen de twee Balkanlanden nemen al een tijdje toe. Zo waren er een jaar geleden verschillende gewelddadigheden. Toen groeide de angst voor een groot gewapend conflict.
De spanningen tussen de twee landen liepen onder meer hoog op nadat een Kosovaarse politieagent en drie etnische Servische schutters omkwamen tijdens een belegering van een Servisch-Orthodox klooster in het dorp Banjska. De VS riep Servië toen op om zich terug te trekken uit het grensgebied.
In december vorig jaar stonden de etnisch-Albanese inwoners lijnrecht tegenover de Servische in Noord-Kosovo: