Dakloze arbeidsmigranten toch weer aan het werk door nieuwe proef gemeenten
Barbara Visscher
redacteur Economie
Barbara Visscher
redacteur Economie
Zes gemeenten hebben in twee jaar tijd een paar honderd dakloze arbeidsmigranten weer aan het werk geholpen. Dakloze arbeidsmigranten komen in deze gemeenten in een kortdurende opvang en worden geholpen bij het vinden van werk of begeleid bij het terugkeren naar het land van herkomst. De gemeenten willen met deze proef voorkomen dat het aantal dakloze arbeidsmigranten verder toeneemt.
Onder de zes gemeenten die meedoen aan de pilot, zijn Amsterdam en Eindhoven. Zij zien dat steeds meer Europese migranten die naar Nederland komen om te werken op straat belanden, of in tentjes in het bos.
Vaak weren gemeenten deze groep migranten uit de opvang. Maar een deel van hen vindt nu dat de migranten daar door hun werkverleden wel recht op hebben. Bovendien zien ze hulp bieden ook als beter middel tegen de overlast die dakloze arbeidsmigranten vaak veroorzaken.
Met 7 miljoen euro van het Rijk hebben gemeenten die meedoen aan de pilot extra plekken ingericht om de arbeidsmigranten wél op te vangen. Ze doen het allemaal op hun eigen manier. Zo kunnen migranten in Venlo een paar nachten in een hotel verblijven en in Eindhoven worden mensen maximaal twee weken opgevangen in een paviljoen op het Trade Forum, net buiten het centrum.
Gevoel van onveiligheid
Volgens Samir Toub, wethouder maatschappelijke ondersteuning in Eindhoven, is het belangrijk dat er opvangplekken voor hen zijn omdat de overlast op straat anders zal toenemen.
"Mensen kunnen nergens naartoe, dus ze hebben geen plek om te douchen of om naar toilet te gaan. Ze doen hun behoefte dan op straat. Ook slapen ze soms in groepen bij elkaar en dat zorgt voor een gevoel van onveiligheid", zegt hij.
Gemeenten hebben een eigen aanpak, maar migranten worden wel overal geholpen om weer aan het werk te gaan óf om terug te keren naar het land van herkomst. Dat is vaak Polen, Roemenië, Spanje of Bulgarije.
Nachtopvang
Arbeidsmigranten Aleksandra Waleska en Sławomir Grabowski kwamen acht jaar geleden samen vanuit Polen naar Nederland om te werken als schoonmaker. ''Maar door de coronacrisis verloren we allebei onze baan en kort daarna raakten we ook ons huis kwijt", vertellen ze. Een periode van leven op straat en in de nachtopvang volgde.
Inmiddels hebben ze met behulp van de gemeente een huis en een nieuwe baan gevonden. Ze werken in een sorteercentrum in Amsterdam. ''Het is een groot verschil met hoe ons leven er een paar maanden geleden uitzag.'' Plannen om terug te gaan naar Polen hebben ze niet.
Grote kans op dakloosheid
Migranten als Waleska en Grabowski hebben een relatief grote kans om dakloos te worden. Ze vinden vaak via een uitzendbureau werk in Nederland. Dat regelt meestal ook een slaapplek. Door bepaalde constructies kunnen die aan elkaar gekoppeld zijn: verliest de arbeidsmigrant zijn of haar baan, dan verdwijnt ook de woning.
De huisvesters van arbeidsmigranten gebruiken op grote schaal flexibele contracten, ontdekte weekblad De Groene Amsterdammer deze maand. Uit een inventarisatie van 146 grotere huisvestingslocaties blijkt dat er bij 114 sprake is van zo'n contract. Migranten hebben nauwelijks huurbescherming en komen van de ene op de andere dag zonder werk op straat te staan.
De gemeenten noemen de pilot een succes. ''80 procent van de migranten die hier opgevangen worden vindt werk of gaat terug naar het land van herkomst. En 20 procent heeft soms iets langer de tijd nodig om aan te haken", vertelt wethouder Toub.
In Eindhoven zijn er vijftien opvangplekken. In iedere kamer staan twee bedden en een kastje. "Mensen kunnen hier maximaal twee weken verblijven. Op dit moment is de verblijfsduur ongeveer negen dagen, dus de doorstroom is heel goed.''
Toch zijn er ook zorgen, want de financiering vanuit het Rijk stopt eind volgend jaar. ''Er moet structurele financiering komen. Alleen dan kunnen dit soort plekken blijven", aldus Toub. Hij vindt dat de werkwijze ook in andere gemeenten moet worden overgenomen.
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een reactie laten weten dat er binnenkort wordt besloten of de financiering langer doorgaat.