Een doorbraak in massaclaimland? 'Dit is absoluut een belangrijke zaak'
Gidi Pols
redacteur Economie
Gidi Pols
redacteur Economie
Claimadvocaten hebben een cirkeltje om 9 oktober staan. Het is vandaag Vattenfall versus kleine ondernemers. Een zaak van potentieel 400 miljoen euro. Maar de uitspraak van de Amsterdamse rechter gaat over meer dan dat. Ook de Nederlandse claimcultuur staat op het spel.
De zaak tegen Vattenfall draait om mogelijk onterechte energiekosten voor kleine bedrijven. Snackbarhouders, wasstraatondernemers, sportzaaluitbaters. Zo'n 5000 ondernemers zouden jarenlang duizenden euro's te veel betaald hebben aan energiemaatschappij Nuon, die inmiddels is overgenomen door Vattenfall.
Dat geld moest terug, maar hoe? Via een massaclaim, bedacht de speciaal opgerichte stichting Nuon-Claim in 2020. Dat jaar was er net een nieuwe wet ingegaan die het mogelijk maakte om voor een hele groep een schadeclaim te eisen, de WAMCA (Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie).
'Amerikaanse praktijken'
De wet moet het makkelijker maken voor groepen consumenten of kleine ondernemers tegen grote partijen die hen gedupeerd hebben. Maar tegenstanders schetsten een doembeeld van een 'Amerikaanse claimcultuur' met onbezonnen schadeclaims, gefinancierd door buitenlandse investeerders, die zouden leiden tot ellenlange rechtszaken.
Dat doembeeld waarin het Nederlandse bedrijfsleven bedolven zou worden onder rechtszaken, kwam voorlopig niet uit. Uit het register van massaclaimzaken blijkt dat er jaarlijks zo'n twintig tot dertig procedures worden gestart.
Maar de (buitenlandse) investeerders deden wel hun intrede. Bij een derde van de zaken betalen niet de consumenten de proceskosten, maar pak hem beet een investeringsfonds uit Jersey of een groot Amerikaans advocatenkantoor. In ruil voor hun financiering krijgen ze bij een overwinning een percentage van de schadevergoeding.
Daarmee is het leed een business geworden. En dus spelen zakelijke risico-afwegingen een rol. "Wij starten voorlopig geen nieuwe zaak meer", zegt Rein Philips van procesfinancier Readbrest. De investeerder heeft nu drie massaclaims lopen, en er komt er binnenkort nog eentje bij, met Frisse Wind tegen Tata Steel.
Maar daarna is het even klaar. "Voordat we verder gaan willen we zien dat dit model werkt", zegt Philips. Want: de wet bestaat dan wel bijna vijf jaar, er is nog geen enkele schadevergoeding uitgekeerd. "Bij dit soort zaken moet je rekening houden met een looptijd van tien jaar."
De eerste uitspraak
Daarom kijkt de claimsector met ingehouden adem uit naar vandaag, de dag waarop de rechter mogelijk 400 miljoen euro aan schadevergoedingen gaat opleggen. Ook hier zal een buitenlandse investeerder, het Amerikaanse BenchWalk Advisors, namelijk meeprofiteren.
Die uitspraak kan helderheid voor iedereen geven. "We kijken absoluut naar deze zaak", zegt Philips. "Als er hier een positief einde komt, zetten we de deur voor het financieren van nieuwe zaken wellicht weer op een kier."