Te weinig gym op een derde van de basisscholen
Een op de drie basisscholen lukt het niet om leerlingen genoeg gym te geven. Vooral in de laagste klassen wordt de norm van 90 minuten per week vaak niet gehaald. Dat blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut.
Scholen zeggen dat de lesroosters te vol zijn en dat er een tekort is aan accommodatie voor de gymles. Over groep 1 en 2, waar de norm het minst vaak gehaald wordt, zeggen sommige schoolleiders dat deze groep wel genoeg buiten speelt.
Veel van de scholen die niet aan de wettelijke norm voldoen, zijn dat ook niet van plan, staat in het rapport. De onderzoekers noemen het zorgwekkend dat de urgentie daarvoor kennelijk niet wordt gevoeld.
7,5 uur per dag zitten
Steeds meer kinderen bewegen te weinig. Een kind in de basisschoolleeftijd zit gemiddeld 7,5 uur per dag en zeker 40 procent van de kinderen voldoet niet aan de richtlijnen voor beweging. Hierdoor gaat ook de motorische ontwikkeling van kinderen achteruit.
Daarom werd enkele jaren geleden een wet aangenomen waardoor kinderen in ieder geval op school in beweging zouden komen. Sinds vorig schooljaar geldt voor basisscholen een wettelijke norm van 90 minuten bewegingsonderwijs per week. Bij een nulmeting in het schooljaar 20/21 voldeed iets minder dan de helft van de scholen aan de norm.
In de wet staat ook dat de gymles door een vakleerkracht of een leerkracht met een speciale bevoegdheid gegeven moet worden. Dat lukt wél op de meeste scholen (92 procent).