Barbecuen met de bondscoach, vlak voor WK gravel: 'Is er nog een tactiek?'
Welke bondscoach steekt een paar dagen voor een belangrijke wedstrijd de barbecue aan om voor zijn selectie wat lekkers te braden?
Oud-renner Laurens ten Dam, de eerste bondscoach gravel voor Nederland, deed het donderdagavond voor de wereldkampioenschappen, die komend weekend voor de derde keer worden verreden.
"Ik wil niet zeggen dat dit een hobbysport is, maar hierbij kun je nog met dertig man in een tuin zitten en lachen op donderdag, terwijl je op zaterdag moet koersen", aldus Ten Dam.
Gravelwielrennen - fietsen op onverharde paden en wegen - is een relatief nieuwe tak van sport, die de afgelopen jaren snel aan populariteit heeft gewonnen. Onder amateurrenners, maar ook onder bekende profs. Want op de WK in het Belgische Leuven komen grote namen af: denk aan veelvraat Mathieu van der Poel, wereldkampioenen Lotte Kopecky (weg) en Puck Pieterse (mountainbike) en Marianne Vos.
Puck Pieterse vroeg op de app: is er nog een tactiek of moeten we elkaar gewoon niet in de hekken rijden?
De Nederlandse inbreng bestaat uit meer dan zestig renners, van profs tot amateurs in alle leeftijdsklassen. Na een verkenning van het parcours met een groot deel van de deelnemers - zonder Van der Poel en Pieterse - stak Ten Dam de kolen aan. Ook belangrijk, vindt de oud-renner, die het 'gravelen' nog groter wil maken in Nederland. "Dit is eigenlijk en soort kennismaking of teambuilding."
"Je moet je voorstellen dat de clubrenners straks samen rijden met de WorldTour-sterren. En die leren elkaar hier eigenlijk allemaal kennen, dus dat is leuk", zegt Ten Dam.
Hoewel er zaterdag en zondag zal worden gestreden om de regenboogtruien, is de sfeer bij gravelwielrennen anders dan bij een WK op de weg.
"Gravel gaat eigenlijk een beetje terug naar de basis, wat we bij junioren ook deden. Zelf de fietsen achter in de bus zetten en met z'n allen naar de start toe, nummer halen en koersen. Het is weer een beetje simpel", zegt Niki Terpstra, voormalig winnaar van Parijs-Roubaix (2014) en de Ronde van Vlaanderen (2018).
De 40-jarige Terpstra, die na zijn profcarrière op de weg het gravelcircuit in dook, geniet ook juist van die sfeer eromheen. "Ik denk dat hij echt wel een Nederlandse pionier is", zegt hij over bondscoach en vriend Ten Dam. "Hij heeft het ontdekt in Amerika, het gravelracen, en heeft het een beetje naar Europa gebracht."
"Hij probeert een beetje die relaxte sfeer mee te nemen op de fiets: fanatiek en daarna lekker relaxed, zoals hier met een barbecue."
Wildcards voor wegprofs
Maar de sport is de afgelopen jaren wereldwijd ook professioneler geworden. Door het jaar heen zijn er onder de vlag van internationale wielerunie UCI wedstrijden waar renners zich kunnen kwalificeren voor de WK.
Aan die wedstrijden doen vaak vooral gespecialiseerde gravelrenners mee, maar voor de wegprofs zijn de WK aan het einde van het seizoen ook interessant. Zij kunnen via een wildcard meedoen en zijn dan ook vaak meteen topfavoriet, zoals Van der Poel dit jaar.
"Dat is misschien wel lullig voor iedereen die het hele jaar gravelt, dat wij opeens om de hoek komen kijken", zegt Lucinda Brand, die zowel op de weg als in het veld goed uit de voeten kan. "Maar hopelijk brengt het ze ook naar een hoger niveau, zodat de sport zich uiteindelijk ontwikkelt tot een specialistische discipline."
Vorig jaar veroverden de wegprofs Kasia Niewiadoma - de Tourwinnares van dit jaar - en Matej Mohoric de wereldtitel. Van der Poel werd bij de eerste editie in 2022 derde.
Geen tactiek
Ten Dam werd in april aangesteld door wielerbond KNWU om het gravelwielrennen in Nederland naar een hoger plan te tillen. Maar dat betekent niet dat hij, zoals bij wegwedstrijden, een uitgebreide tactiek bespreekt met zijn renners.
"Gravelen is individuele sport", zegt Ten Dam. "Ik had toevallig gisteren Puck (Pieterse, red.) op de app en ze vroeg: 'Is er nog een tactiek of moeten we elkaar gewoon niet in de hekken rijden?'"
"Ik ga er gewoon vanuit dat de dames allemaal wereldkampioen willen worden en van mij mag het, maar ik ga ze niet verplichten om voor elkaar op kop te rijden. Dit is juist de koers waarin je een keer voor jezelf kan rijden. Laat ze maar lekker spelen in het bos, zoals we vroeger begonnen zijn als kleine jongetjes en meisjes."