Limburgse stadsherders zuchten onder blauwtong: 'Ik slaap nauwelijks'
Al maanden zuchten boerenbedrijven onder de nieuwe opleving van blauwtong. Maar ook de kuddes van stadsherders worden getroffen door het dodelijke virus. Zo hebben twee Zuid-Limburgse stadsherders bijna dagelijks te maken met dode dieren. Ook worstelen ze soms met de publieke opinie.
"Ik begrijp dat het zien van doodzieke schapen vervelend is voor voorbijgangers, maar de natuur is leven en dood", zegt stadsherder Lars Vossen in Heerlen bij L1 Nieuws. "Het is bijna alsof mensen dat niet willen erkennen, of dat ikzelf de schuld ben dat zo'n beestje daar ligt."
Net als op de boerenbedrijven is er voor de Limburgse stadsherders geen ontkomen aan blauwtong. De Maastrichtse stadsherder Kay Beckers is al zestig van zijn 500 schapen kwijt en verwacht dat daar nog meer schapen bij komen.
"Ik slaap nauwelijks. Ik kom 's nachts pas om 01.45 uur thuis, omdat ik zo vaak bij mijn kuddes ga kijken", zegt hij. "En ik weet gewoon dat ik 's ochtends een telefoontje krijg dat er weer een schaap dood in de wei ligt. Het is echt heel tragisch. Ja, het is een beroep, maar ik doe dit uit liefde voor de dieren."
In Heerlen zijn nu vier schapen aan het virus bezweken. Herder Vossen: "Ik heb sommige schapen al vijftien tot twintig jaar, sommige zijn nog van mijn opa geweest. Van mijn ras zijn er sowieso nog maar 2000 wereldwijd. Ik ben ook gehecht aan de dieren, dus ik doe mijn uiterste best om ze door deze periode heen te slepen."
Eitjes in de vacht
Blauwtong verspreidt zich op dit moment razendsnel in Nederland, nadat in juni de eerste nieuwe besmetting sinds de winter weer werd vastgesteld. Eerder deze week meldde de NVWA dat het virus op meer dan 2.900 boerenbedrijven is vastgesteld, een stijging van 650 bedrijven ten opzichte van vorige week.
Het virus treft vooral schapen. Zij krijgen last van gezwollen gezichten en pijnlijke poten. Vaak gaan ze dood door het virus.
Ook krijgen de herders te maken met opmerkingen van voorbijgangers over hun zieke schapen. "Die mensen begrijpen niet dat de schapen juist de beste kansen hebben bij hun kudde in de wei. Als ze ziek de stal ingaan, worden ze apathisch van de hitte en liggen ze alleen maar op de grond", aldus Vossen.
"Ook komt er dan een ander probleem om de hoek kijken: vliegen. Die leggen eitjes in hun vacht en dan worden ze levend opgegeten.". Het is dus beter voor de schapen om mee te hobbelen in de kudde, legt de herder uit. Ook al ziet dat er soms moeizaam uit: het virus leidt tot pijn in de gewrichten, waardoor de schapen lastig lopen.
Dieren elders
Ondertussen lopen de herders door het virus ook achter op hun begrazingsplannen. In zo'n plan berekenen de herders hoeveel tijd de schapen nodig hebben om verschillende delen van de stad te begrazen.
Maar, zegt de Maastrichtse herder Beckers: hij is nu vooral bezig met overleven: zelf het hoofd hoog houden en zijn dieren verzorgen. Zijn zakelijke verplichtingen kan hij simpelweg niet nakomen.
Beckers: "Ik heb opdrachten aangenomen op basis van mijn begrazingsplan, maar die berekeningen vallen helemaal uit elkaar. Niet alleen door het virus, maar door dit warme en natte weer groeit het gras ook nog eens zo hard. Dus ik moet met veel minder dieren nog meer begrazen. Het is dweilen met de kraan open".
Hij erkent dat het op dit moment niet leuk is om herder te zijn. Soms denkt hij na over stoppen. "Maar ja, het is zo'n mooi beroep. En de schapen zijn nu het belangrijkste."