SVB: Maak regels voor AOW in het buitenland makkelijker
De Sociale Verzekeringsbank (SVB) kan het controleren van de hoogte van AOW-uitkeringen, premies en toeslagen aan mensen in het buitenland amper nog aan. De uitvoering van de AOW (algemene ouderdomswet) moet daarom eenvoudiger worden, zegt de organisatie die uitkeringen voor bijna zes miljoen mensen regelt. Vandaag krijgt de Tweede Kamer een brief van de SVB met de oproep om het systeem makkelijker te maken.
Het probleem zit vooral bij de internationale dienstverlening, die volgens de SVB te complex en arbeidsintensief is geworden. Ongeveer de helft van het personeel is alleen nog maar bezig met het opvragen van documenten en informatie over mensen die over de grens wonen en werken; dat is zo'n 13 procent van de uitkeringsgerechtigden.
Dan gaat het om zo'n 700.000 mensen die in een ander land wonen en werken of dat hebben gedaan. Maar de SVB is ook verantwoordelijk voor mensen die op een andere manier internationaal recht hebben op AOW, en in sommige landen ook recht op de kinderbijslag. Het gaat bijvoorbeeld om burgers die zelf niet over de grens werken, maar hun (ex-)partner wel.
'Niet toekomstbestendig'
Als de dienstverlening niet vereenvoudigd wordt, zullen er nog meer middelen opgaan aan met name het controleren van uitkeringen aan mensen die wonen in het buitenland. "Deze dienstverlening is niet toekomstbestendig", zegt Diana Starmans van de raad van bestuur van de SVB. "De internationalisering neemt alleen maar toe en voor medewerkers is het niet makkelijk om het veelal handmatige werk in de vingers te krijgen."
Zo loopt de SVB er nu al tegenaan dat het in een internationale context soms lastig is om de hoogte van de AOW vast te stellen. Daardoor kan de organisatie soms geen definitief pensioen toekennen aan burgers. Mensen verkeren zo langere tijd in onzekerheid en krijgen wellicht te weinig of te veel AOW uitgekeerd. Ook lopen ze een risico op terugvorderingen.
"We zien dat het voor burgers steeds onzekerder wordt. Mensen zijn steeds flexibeler in waar ze wonen en werken, maar realiseren zich niet goed dat dat ook iets doet met hun uitkeringen", legt Starmans uit. Ook de vergrijzing maakt dat steeds meer burgers bij de SVB aankloppen voor een ouderdomsuitkering, ook als ze in het buitenland wonen.
Europese kaders
Een van de oplossingen is volgens de SVB het aanpassen van de internationale regels. Door bij het maken van wetten in Nederland rekening te houden met bijvoorbeeld Europese regels, kunnen verschillen en tegenstrijdigheden worden voorkomen.
Dat zou niet alleen voor de AOW een uitkomst zijn, maar ook voor de kinderbijslag. In Nederland is die regeling anders ingevuld dan in de rest van Europa. Zo gebruiken ze verschillende termen en werkwijzen, wat de dienstverlening volgens de SVB ingewikkeld en onvoorspelbaar maakt. De organisatie roept op tot het volgen van de Europese kaders en om een gemeenschappelijke Europese begrippenlijst te maken.
SVB-bestuurder Starmans: "We hebben de politiek heel hard nodig om hier stappen in te kunnen zetten. Samen met het ministerie moeten we nu oplossingen gaan bedenken. Daar is ook een kabinet voor nodig."
Een andere oplossing voor de AOW ligt volgens de uitvoerder bij het aanpassen van de zogenoemde leefvormen. Het systeem maakt onderscheid tussen 21 verschillende vormen en bij elke vorm is de hoogte van de uitkering anders. Als je bijvoorbeeld getrouwd bent, zit je in een andere vorm dan ongehuwde mensen met pensioen. Door die twee dingen van elkaar los te koppelen, wordt de internationale uitvoering makkelijker.
Ook betere uitwisseling tussen landen zou helpen om de werklast te verminderen. De SVB wil een proefproject starten met een of meerdere landen in de EU waar veel Nederlandse uitkeringsgerechtigden wonen en werken.