Aangifte antisemitische leuzen bij opening Holocaustmuseum geseponeerd
Het Openbaar Ministerie heeft geen bewijs gevonden dat er antisemitische leuzen zijn geroepen bij de opening van het Nationaal Holocaustmuseum in Amsterdam. Een aangifte tegen betogers is geseponeerd. Dat betekent dat die niet leidt tot strafrechtelijke vervolging.
Het Centraal Joods Overleg had namens vijftien mensen aangifte gedaan omdat er bij de opening op zondag 10 maart antisemitische leuzen naar hen zouden zijn geroepen. Dat zou zijn gebeurd bij het Wertheimpark, toen de groep onderweg was van het Joods Museum naar het Holocaustmuseum. De betogers zouden teksten hebben geroepen als 'Juden raus' en 'Joden rot op'.
Geen camerabeelden
Dat soort leuzen zijn volgens het OM hoe dan ook strafbaar, maar uit politieonderzoek zijn geen concrete verdachten naar voren gekomen. Er zijn geen camerabeelden of andere opnames van die locatie gevonden en ook de beveiliging van het Holocaustmuseum heeft die teksten niet gehoord. Verder zijn er geen getuigen achterhaald die de uitspraken kunnen bevestigen.
Volgens het OM zijn er geen andere aangiftes gedaan van antisemitische leuzen bij het protest. Wel zal het onderzoek worden heropend zodra er alsnog opnames of getuigen opduiken die de uitlatingen kunnen bevestigen.
Het Centraal Joods Overleg is vandaag geïnformeerd over het besluit van het OM. "We vinden het heel jammer dat er geen getuigen zijn gevonden", zegt voorzitter Chanan Hertzberger. "Er waren wel drones en camera's, maar niet op die hoek. Misschien moeten we de volgende keer zelf gaan filmen. Ik ben wel blij dat het OM het onderzocht heeft en het serieus heeft genomen."
Protest tegen Israëlische president
Bij de opening van het Holocaustmuseum werd gedemonstreerd tegen de aanwezigheid van de Israëlische president Herzog. Actievoerders droegen Palestijnse vlaggen en noemden de aanwezigheid van de president onacceptabel en ongewenst vanwege uitspraken van hem over de oorlog in Gaza.
De protestactie leidde tot grote ophef, vooral doordat genodigden langs joelende demonstranten moesten lopen. In de Tweede Kamer moest demissionair staatssecretaris Van der Burg vragen beantwoorden over de gang van zaken. Hij zei onder meer: "Demonstreren tegen een staatshoofd van een ander land waar je het niet mee eens bent, mag natuurlijk. Maar wat uitspraken als 'Juden raus' en 'kankerjood' daarmee te maken hebben is mij een raadsel."
Burgemeester Halsema verklaarde in de week na het protest dat ze opkeek van "het volume en de nabijheid" van de pro-Palestijnse demonstranten. Ingrijpen achtte ze niet nodig omdat de situatie volgens haar niet onveilig was. Ook waren er geen antisemitische leuzen geschreeuwd in de richting van genodigden, schreef ze aan de gemeenteraad.
Op meerdere plekken in de hoofdstad waren betogingen tegen de aanwezigheid van Herzog:
- Extra maatregelen bij Nationale Herdenking op de Dam dit jaar
- Kritiek en steun voor Halsema bij debat over demonstratie Holocaustmuseum
- Burgemeester Halsema keek op van nabijheid demonstranten bij Holocaustmuseum
- Halsema bezoekt Holocaustoverlevende die onder gejoel museum inzegende
- Kamer, kabinet veroordelen verstoren opening Holocaustmuseum: 'Kapot schamen!'