Boeren die het hoofd niet boven water kunnen houden, een minister die miljarden beschikbaar stelt om ze vrijwillig te laten stoppen en een natuur die almaar verslechtert. De mestcrisis in de Nederlandse landbouw is een nieuw hoofdpijndossier voor politiek Den Haag. Demissionair minister Adema werkt aan een miljardenvoorstel om boeren vrijwillig uit te kopen. LTO-voorman Ger Koopmans wil meer tijd zodat boeren kunnen innoveren.
Vorig jaar bepaalde de Europese Commissie dat er een einde komt aan de Nederlandse uitzonderingspositie in het Europese mestbeleid. Jarenlang mochten Nederlandse boeren extra mest uitrijden omdat ons gezonde gras relatief veel voedingsstoffen opneemt. Maar omdat de kwaliteit van het oppervlaktewater onvoldoende vooruit is gegaan, trekt Brussel die uitzonderingspositie - ook wel derogatie genoemd - stapsgewijs in. In 2026 moet Nederland zich aan dezelfde regels houden als de rest van Europa.
En dat leidt tot een flinke extra kostenpost voor boeren. De mest die ze niet meer op het land kwijt kunnen, moeten ze tegen snel stijgende kosten afvoeren. Het Nederlands Centrum voor Mestverwaarding becijferde dat Nederland dit jaar al een mestoverschot heeft van 300.000 tankwagens, elk met 35 ton koeienmest. Dat is 10,5 miljard liter mest.
"De pijn die beleefd wordt door de stapeling van maatregelen, is immens", zegt de nieuwe voorzitter van de Land- en Tuinbouworganisatie Koopmans. "Het stoppen van de derogatie is daar één van. Daardoor komen melkveehouders al snel in een slecht of negatief inkomen. Dan moet je met elkaar de vraag stellen: is dat wel redelijk?"
Maatregelenpakket
Vrijdag werd bekend dat minister Adema met een maatregelenpakket komt, waar de 'beëindigingsregeling' er één van is. Het gaat om een langdurige regeling die drie of vier keer per jaar wordt opengesteld en waar boeren die willen stoppen, vrijwillig op kunnen intekenen. Met het voorstel zou 3 miljard euro gemoeid zijn.
Volgens Koopmans hebben de maatregelen negatieve gevolgen voor de hele landbouwsector. "De biologische sector, zelfs kleine bedrijven krijgen daar last van. Met deze plannen neemt hij elk perspectief weg."
Melkveehouder Jos Verstraten ondervindt aan den lijve wat de gevolgen zijn van het stopzetten van de uitzonderingspositie:
Het mestprobleem is niet nieuw, maar speelt al jaren, zegt bodembiodiversiteitsdeskundige en hoogleraar Wim van der Putten. "Steeds proberen mensen de zaak weg te masseren en weg te wimpelen. Maar het mestprobleem staat al decennia op de agenda."
Mest die boeren op hun akkers uitrijden, spoelt uit naar het oppervlaktewater, legt Van der Putten uit. "In het oppervlaktewater krijg je blauwalgen. Als je wil gaan zwemmen in de zomer en er is blauwalg, krijg je toxische stoffen. Dat is niet gezond."
De uitzonderingsregel die voor Nederland gold, was tijdelijk. Maar volgens Van der Putten is er in de afgelopen jaren niets veranderd. "We zijn maximaal mest blijven uitrijden. Het probleem is heel simpel: als je elke dag tien kranten krijgt en je ruimt er twee op, dan kun je de kranten die je achterlaat wel netjes op een stapeltje leggen, maar op een gegeven moment zit je huis vol."
Maatwerk
Toch vindt LTO-voorman Koopmans dat de politiek boeren meer tijd moet geven om "op een verstandige manier" in te spelen op het mestprobleem. "We moeten kijken naar maatwerkoplossingen per sector in plaats van generieke maatregelen als deze."
Vanavond debatteerde de Tweede Kamer over de mestcrisis. Voorafgaand aan het debat zei minister Adema tegen Nieuwsuur: "Ik denk niet dat we kunnen wachten. Ik heb veel boeren gesproken die mij juist vragen: grijp in, kom met maatregelen. Voor die boeren doe ik het."
Dat de minister zo ver in de formatie met deze plannen kwam, was tegen het zere been van de formerende partijen. Toch is er ook volgens hen geen alternatief. Alleen BBB wil dat minister Adema terug naar Brussel gaat om opnieuw te onderhandelen, maar met welk tegenvoorstellen hij moet komen, zegt de partij niet.
Koopmans blijft geloven in een andere aanpak van het mestprobleem. "Je moet in Brussel kijken hoe er meer tijd kan komen om de obstakels weg te kunnen halen. En tegelijkertijd zijn wij als LTO bereid om allerlei maatregelen te nemen, die ook heel goed werken, waardoor de waterkwaliteit vooruitgaat."