Kamer, kabinet veroordelen verstoren opening Holocaustmuseum: 'Kapot schamen!'
De Tweede Kamer en het kabinet zijn vrijwel unaniem in hun afschuw over de gebeurtenissen afgelopen zondag bij de opening van het Nationaal Holocaustmuseum in Amsterdam. Overlevenden van de Holocaust en nabestaanden werden daarbij geconfronteerd met schreeuwende en joelende demonstranten, die volgens verschillende getuigen ook antisemitische leuzen gebruikten.
"Ik heb met woede naar de tv zitten kijken", zei demissionair staatsecretaris Van der Burg (Justitie), die door de VVD naar het Vragenuurtje was geroepen als vervanger van minister Yesilgöz die aan de formatietafel zit. "Iemand die roept 'Hamas is my brother' hoort in mijn stad niet thuis", aldus Amsterdammer Van der Burg. "Die moet zich kapot schamen."
"Een absoluut dieptepunt", vond VVD-Kamerlid Michon-Derkzen de gebeurtenissen. "Het lijkt allemaal te mogen, want we hebben demonstratierecht. Maar dat recht is niet onbegrensd." Net als veel andere partijen wilde ze weten hoe het zo uit de hand kon lopen, en waarom de demonstranten zo dicht bij de ceremonie mochten komen.
Tijdens de plechtigheid in de Portugese Synagoge waren de demonstranten buiten te horen. Een Holocaustoverlevende en zijn achterkleinkind die koning Willem-Alexander assisteerden bij de openingshandeling moesten langs joelende demonstranten lopen.
'Verplicht binnen hoor- en zichtafstand'
Van der Burg zei dat hij voorafgaand aan het Vragenuurtje gesproken heeft met de Amsterdamse burgemeester Halsema. Zij zal deze week nog een brief met uitleg naar de gemeenteraad sturen, maar tegen de staatsecretaris heeft ze gezegd dat ze verplicht was om de demonstraties te laten plaatsvinden "binnen hoor- en zichtafstand".
Dat trok Kamerlid Helder van de BBB direct in twijfel. Zij wees erop dat Halsema in het verleden wel anti-abortusdemonstranten heeft weggestuurd uit de buurt van een abortuskliniek, zodat vrouwen die kwamen voor een zwangerschapsonderbreking daar niet mee geconfronteerd zouden worden.
PVV'er Deen legde de schuld vooral bij de burgemeester. Hij vroeg zich af of het kabinet nog iets kan doen tegen de voorgenomen herbenoeming van Halsema. Van der Burg legde uit dat het de Amsterdamse gemeenteraad is die Halsema nog graag zes jaar wil houden en dat het kabinet geen reden ziet om daar van af te wijken.
Volgens fractievoorzitter Bikker van de ChristenUnie was de opening van het Amsterdamse museum "een moment om te zwijgen". Verschillende partijen spraken hun zorgen uit over de aanstaande dodenherdenkingen op 4 mei. Ze zijn bang dat die mogelijk ook verstoord gaan worden.
Gratis naar museum
"Het beste medicijn tegen de antisemitische taferelen van afgelopen zondag is een bezoek aan het Holocaustmuseum", vond SGP-Kamerlid Van Dijk. Dat een kaartje 20 euro kost, is volgens hem voor veel mensen een drempel en daarom deed hij de suggestie om iedere Nederlander één keer in zijn leven gratis naar het museum te laten gaan. Verschillende partijen sloten zich daarbij aan.
Alleen fractievoorzitter Van Baarle van Denk keek anders tegen de kwestie aan. Volgens hem was de demonstratie niet gericht tegen de opening van het museum, maar tegen de komst van de Israëlische president Herzog, die hij een oorlogsmisdadiger noemde. Herzog maakt onderdeel uit van de Israëlische regering en keurt de bombardementen op Gaza goed, zei Van Baarle. "Ik schaam me dat mijn staatshoofd, koning Willem-Alexander, naast zo'n man gaat staan."
Staatssecretaris Van der Burg reageerde fel op de uitlatingen van Van Baarle. "Demonstreren tegen een staatshoofd van een ander land waar je het niet mee eens bent, mag natuurlijk. Maar wat uitspraken als 'Juden raus' en 'kankerjood' daarmee te maken hebben is mij een raadsel."