Gesprekken met verdachte Drentse verpleegkundige niet vrijgegeven
Het Openbaar Ministerie (OM) krijgt geen gevoelige informatie over een voormalige verpleegkundige van het Wilhelmina Ziekenhuis in Assen (WZA) die wordt verdacht van het doden van meerdere patiënten. Het OM wilde inzage in de gesprekken die de verdachte heeft gevoerd met een praktijkondersteuner van zijn huisarts, maar volgens de rechtbank hoeven die niet gedeeld te worden.
Theodoor V. uit Veenhuizen wordt verdacht van betrokkenheid bij de dood van meerdere patiënten van het WZA. Dat zou zijn gebeurd tijdens de coronapandemie, tussen maart 2020 en mei 2022. De verdachte werkte in die tijd op de longafdeling van het ziekenhuis.
Hij zou hierover verteld hebben aan drie hulpverleners van de GGZ Drenthe. De zorgorganisatie besloot daarop de geheimhoudingsplicht te schenden en contact op te nemen met het ziekenhuis. Het ziekenhuis trok vorig jaar april aan de bel en deed daarna aangifte, waarna de man werd aangehouden. Zijn advocaten zeiden later in een verklaring dat hij enige betrokkenheid ontkent.
Medisch beroepsgeheim
Het OM vermoedt onder meer op basis van verklaringen van V. en zijn partner dat de man als eerste aan de praktijkondersteuner zou hebben verteld wat zijn rol was geweest bij de dood van de patiënten. De praktijkondersteuner verwees de man later door naar GGZ Drenthe.
De gesprekken met de verdachte zijn vastgelegd in bijvoorbeeld gespreksverslagen, notities en aantekeningen. Het OM had de praktijkondersteuner verzocht om de gesprekken vrij te geven, maar zij weigerde dat omdat ze haar medisch beroepsgeheim niet wilde doorbreken. Zowel de praktijkondersteuner als de verdachte maakte bezwaar tegen het verstrekken van die verslagen.
Het OM stelde de gesprekken nodig te hebben voor het strafrechtelijk onderzoek naar de man. Het wees erop dat dat de informatie uit die gesprekken op geen enkele andere manier te verkrijgen is. Daarnaast vond het OM dat er sprake was van uitzonderlijke omstandigheden.
Geen nieuwe informatie
Volgens de rechtbank beschikt het OM momenteel over genoeg informatie om onderzoek te doen. Zo zijn drie hulpverleners van de GGZ Drenthe verhoord door de politie. De rechtbank stelt dat die verhoren voldoende informatie hebben opgeleverd en het daarom niet nodig is om ook de gesprekken aan justitie te geven.
Volgens de rechtbank zijn er geen aanwijzingen dat de gesprekken andere, nieuwe of aanvullende informatie bevat die zo cruciaal is voor het strafonderzoek dat het medisch geheim geschonden moet worden, meldt RTV Drenthe.
Onderzoek nog niet afgerond
De uitspraak is een nieuwe tegenslag voor het OM. Eerder besloot de rechtbank al dat de GGZ Drenthe het medisch dossier van de verdachte niet met het OM hoefde te delen. De rechtbank oordeelde in die zaak ook al dat het OM genoeg zou moeten hebben aan eerdere verklaringen van de GGZ-medewerkers.
Het strafrechtelijk onderzoek naar V. is nog niet afgerond. Het Openbaar Ministerie hoopt binnenkort met een beslissing te komen over de mogelijke vervolging van de man. In een reactie aan RTV Drenthe laat het OM weten niet te willen reageren op de uitspraak van de rechtbank. "We beraden ons op cassatie", aldus een woordvoerder.