Ook vogelgriep op Antarctica, vrees voor miljoenen dode pinguïns
Wetenschappers hebben voor het eerst vogelgriep vastgesteld op Antarctica. Het virus werd gevonden bij dode grote jagers, een zeevogelsoort. De dode vogels waren aangetroffen in de buurt van een Argentijns onderzoeksstation.
"Deze ontdekking toont dat het zeer ziekmakende vogelgriepvirus Antarctica bereikt heeft, ondanks de afstand en natuurlijke grenzen die Antarctica scheiden van andere continenten", aldus het Spaanse nationale wetenschapsinstituut CSIC, dat de Argentijnen hielp de tests uit te voeren.
Experts zagen de bui al hangen: afgelopen jaar raasde het dodelijke virus door Zuid-Amerika. Ook op de Galapagoseilanden, die een eigen ecosysteem kennen, werd vogelgriep afgelopen september vastgesteld.
Pinguïnkoloniën
In Zuid-Amerika raakten onder meer pinguïns besmet. Nu wordt gevreesd dat de vogelgriep massale sterfte aanricht onder pinguïns op de Zuidpool, die daar dicht op elkaar leven in koloniën van enkele honderdduizenden dieren. "Het wordt een slagveld met miljoenen doden", voorspelde ecoloog Marcel Klaassen eerder bij de NOS.
Het vogelgriepvirus kan overslaan op zoogdieren, zoals in Brazilië gebeurde:
Het verloop van het virus is moeilijk te voorspellen. Volgens expert is aan de huidige variant bijna niets meer te doen. Australië is het enige overgebleven continent waar het vogelgriepvirus op dit moment niet voorkomt.