VN: alle partijen in Sudan zijn schuldig aan moord en verkrachting
Het geweld in Sudan neemt sinds april vorig jaar toe in hevigheid en alle strijdende partijen maken zich schuldig aan mensenrechtenschendingen. Dat meldt de mensenrechtenorganisatie van de Verenigde Naties OHCHR in een uitgebreid nieuw rapport, gebaseerd op satellietbeelden, videomateriaal van sociale media en interviews met 303 mensen die het geweld overleefden.
Volgens de VN zijn er het afgelopen jaar acht miljoen Sudanezen op de vlucht geslagen, op een bevolking van zo'n 45 miljoen. Duizenden burgers zijn vermoord door een van de strijdende partijen, er wordt straffeloos verkracht en er wordt veel gebruik gemaakt van kindsoldaten.
Dat zijn allemaal geen nieuwe signalen: in december had de VN het al over mogelijk 9000 burgerdoden in Sudan, maar het is wel een zeldzaam uitgebreide inventarisatie van al het geweld, waarvan een deel volgens de onderzoekers neerkomt op oorlogsmisdaden.
'Dood en hopeloosheid'
"Al bijna een jaar gaat al het nieuws uit Sudan over dood en hopeloosheid", zegt VN-vertegenwoordiger Volker Türk in een persbericht. "Dit rapport onderschrijft de noodzaak om te stoppen met vechten en de cyclus van straffeloosheid te doorbreken waardoor dit conflict überhaupt ontstond. Er moeten weer geloofwaardige onderhandelingen worden gestart, die leiden tot een regering van burgers."
Al maanden zijn er veel signalen van massale moordpartijen door Rapid Support Forces (RSF), een machtige paramilitaire organisatie van vooral Arabischsprekende Sudanezen, die vorig jaar in conflict kwam met het officiële Sudanese leger. Vooral in de regio Darfur is de RSF geregeld verantwoordelijk voor moordpartijen onder burgers, vooral onder mensen van de Masalit-stam. Daarbij kwamen duizenden mensen om het leven.
Groepsverkrachtingen
De RSF heeft ook meermaals granaten afgevuurd op busstations en markten, met tientallen doden als gevolg. En de VN telde tenminste 118 gevallen van verkrachting, vooral door RSF-leden. Daarvan werden ook 19 kinderen het slachtoffer. In één geval werd een vrouw 35 dagen vastgehouden in een gebouw en verkracht door groepen mannen. Volgens de VN is het lastig om hiervan getuigenissen op te tekenen, omdat veel slachtoffers bang zijn voor het stigma als ze met hun verhaal naar buiten treden.
Ook het Sudanese leger pleegt volgens de VN mensenrechtenschendingen. Zo dook er deze week een video op van mannen in legeruniform, die door de straten van El-Obeid paraderen met de hoofden van studenten die worden vermist. Ze zijn waarschijnlijk aangezien voor RSF-leden op basis van hun etniciteit en vervolgens vermoord. In de video uiten de soldaten scheldwoorden die daarop wijzen.
De RSF en het Sudanese leger raakten vorig jaar in conflict na een machtsstrijd tussen hun leiders. De strijd ontaardde al snel in een burgeroorlog en de RSF lijkt de afgelopen maanden steeds meer terrein te winnen. Er was vorig jaar een paar keer sprake van een korte wapenstilstand, maar serieuze vredesbesprekingen zijn niet in zicht.