Nijmegen staat stil bij bombardement op centrum, morgen 80 jaar geleden
Noor de Kort
redacteur Online
Noor de Kort
redacteur Online
Nijmegen staat vanavond stil bij het bombardement van februari 1944, morgen precies tachtig jaar geleden. Bij het bombardement op Nijmegen kwamen 773 mensen om het leven. Nijmegen werd, in tegenstelling tot Rotterdam, gebombardeerd door geallieerde vliegtuigen. Het hart van de oude Nijmeegse binnenstad werd grotendeels weggevaagd.
Nog steeds kun je goed zien welk deel van het centrum werd geraakt en welk deel niet. Op de Grote Markt staat aan de ene kant het Waaggebouw uit de 17e eeuw, aan de andere kant huist de Hema in een grijs gebouw uit de jaren 50. De brandgrens van het bombardement is sinds 2017 gemarkeerd met honderden metalen plaatjes, met daarop de namen van de slachtoffers.
Langs die brandgrens vormen Nijmegenaren vanavond een menselijk lint met lichtjes. Aan de route staan zangers en zangeressen en er zijn oude foto's en lichtprojecties op gebouwen te zien. Morgen is de officiële herdenking van het bombardement, waar ook demissionair staatssecretaris Van Ooijen van Volksgezondheid bij is.
Op weg naar Duitsland
Op 22 februari 1944 lieten Amerikaanse vliegtuigen rond half twee 's middags bommen vallen op Nijmegen. Oorspronkelijk was deze stad niet het doelwit van de geallieerden, vertelt historicus Joost Rosendaal van de Nijmeegse Radboud Universiteit. Die ochtend waren bijna duizend Amerikaanse vliegtuigen opgestegen in Engeland, met Duitsland als bestemming.
"De geallieerden wilden de baas worden in de lucht", zegt Rosendaal. "Om dat voor elkaar te krijgen, wilden ze een week lang massale bombardementen uitvoeren op de vliegindustrie en vliegvelden in Duitsland." Op 22 februari waren de geallieerde vliegtuigen op weg naar de Duitse stad Gotha, waar in de Gothaer Waggonfabrik jachtvliegtuigen werden gebouwd.
Voor de Engelse kust woedde die dag een zware sneeuwstorm. "De vliegers raakten elkaar kwijt en een aanzienlijk deel besloot terug te keren naar Engeland." Een deel vloog wel door, maar met minder vliegtuigen was de kans veel kleiner dat de missie zou slagen. "Daarom besloot de Amerikaanse luchtleiding om de vliegtuigen terug te roepen."
Gelegenheidsdoelen
Maar toen die boodschap goed doorkwam, vlogen de Amerikanen al boven Duitsland. De commandant van de ongeveer honderd vliegtuigen besloot om te keren, maar op de terugweg wel zogenoemde 'gelegenheidsdoelen' te bombarderen, vertelt Rosendaal. "Dat waren doelen waardoor het Duitse leger in de problemen kon komen, zoals spoorwegemplacementen, energiecentrales en fabrieken."
De bommen vielen op Enschede, Arnhem en Deventer, maar Nijmegen kreeg de grootste klap. "Daar zagen ze vanuit de lucht een groot spoorwegemplacement, dat leek hen een heel geschikt doel", zegt Rosendaal. "Maar door inschattingsfouten vielen er slechts een paar bommen op het spoor; het merendeel kwam terecht op het stadscentrum."
Het bombardement op Nijmegen wordt nog wel eens een 'vergissing' genoemd; de Amerikaanse vliegers zouden hebben gedacht dat ze boven Goch of Kleef in Duitsland vlogen. Maar de term 'vergissing' bagatelliseert de gebeurtenis, stelt Rosendaal, die in opdracht van de Radboud Universiteit uitgebreid onderzoek deed naar het bombardement. Er is volgens hem bewust een gelegenheidsdoel gekozen: het spoorwegemplacement van Nijmegen.
Een luchtfoto van Nijmegen op de dag van het bombardement:
Op de grond waren tijdens het bombardement veel Nijmegenaren op de been. Een uur daarvoor, toen de Amerikaanse vliegtuigen overvlogen richting Duitsland, had het luchtalarm geklonken en waren veel mensen naar schuilkelders gegaan. Maar het sein veilig was alweer gegeven toen de vliegtuigen plots terugvlogen.
"Het nieuwe luchtalarm kwam te laat", zegt Rosendaal. Er brak een grote brand uit, die door gebrek aan waterdruk niet kon worden geblust.
Daardoor vielen er veel slachtoffers. "Op foto's zie je dat het stationsplein bezaaid was met lijken", zegt Rosendaal. "De bus was doorzeefd, net als de tram." In het centrum werd een kleuterschool vol geraakt. Tientallen kinderen kwamen hierbij om. Ook werden meerdere kerken getroffen, waaronder de grootste kerk van Nijmegen, de Stevenskerk.
Een poster met Duitse propaganda naar aanleiding van het bombardement:
De Nijmeegse binnenstad werd in de periode na het bombardement nog verder verwoest. In september 1944 werd de stad bevrijd. "Daarna was het een half jaar lang frontstad", zegt Rosendaal. In dat laatste halfjaar vielen volgens de historicus nog eens zo'n 1500 militaire en burgerslachtoffers door Duitse bommen en granaten.
Na de oorlog was het centrum van Nijmegen nog zo'n zeven jaar "een kale vlakte", zegt Rosendaal. "Pas vanaf begin jaren 50 begon de wederopbouw. En pas in 1956 was er weer een beetje een centrum."
Over het bombardement op Nijmegen maakten we in 2014 deze video:
Geïnteresseerd in de Tweede Wereldoorlog? Abonneer je dan hier op onze nieuwsbrief.