Gezondheidsraad: vaccineer alle baby's tegen RS-virus
De Gezondheidsraad adviseert om op korte termijn alle kinderen in hun eerste levensjaar via het Rijksvaccinatieprogramma bescherming aan te bieden tegen het respiratoir syncytieel-virus (RS).
Zij kunnen beschermd worden tegen het virus door hun antistoffen toe te dienen. Een andere manier om ze te beschermen is vaccinatie van zwangere vrouwen. De raad heeft de voorkeur voor het toedienen van antistoffen aan kinderen, omdat op die manier meer kinderen beschermd kunnen worden.
Artsen en wetenschappers pleiten er sinds vorig jaar voor om het vaccin toe te voegen aan het Rijksvaccinatieprogramma. Toen keurde het Europees Geneesmiddelenbureau EMA het vaccin goed.
Grote doorbraak
Het vaccin wordt door artsen gezien als een doorbraak in de strijd tegen dit voor pasgeboren kinderen zeer risicovolle virus. Wereldwijd overlijden jaarlijks naar schatting 100.000 tot 200.000 kinderen als gevolg van dit virus.
Elk jaar belanden in Nederland ongeveer 2000 kinderen in het ziekenhuis, van wie 150 tot 200 baby's op de intensive care.
Als ouders gebruik gaan maken van de vaccinatiemogelijkheid zal het gevaar van het RS-virus grotendeels verdwijnen. Daarom noemde kinderarts en infectioloog Louis Bont van het UMC Utrecht dit vaccin eerder al een keerpunt in de bestrijding van het virus.
Oplossing voor overvolle intensive care
De cijfers spreken voor zich, zo rekende hij voor. "Een op de 56 gezonde baby's in Nederland wordt vanwege een besmetting met het RS-virus opgenomen in het ziekenhuis, dat is heel erg veel."
In de praktijk betekent het tot nu toe dat tijdens bepaalde periodes van het jaar alle kinder-ic's overvol liggen. Zelfs tot het punt dat kinderen moeten worden opgenomen in buurlanden of dat operaties tegen andere aandoeningen worden uitgesteld.
Beslissing doorgeschoven
De Gezondheidsraad adviseert dat het vaccin zo snel mogelijk wordt opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Idealiter zouden kinderen al in de aanloop van het volgende griepseizoen hun vaccin kunnen krijgen.
Maar het is de vraag of dit gaat lukken. In een zojuist gepubliceerde Kamerbrief zegt staatssecretaris Maarten van Oijen dat "op dit moment geen financiële middelen beschikbaar zijn voor een eventuele opvolging van dit advies".
Daarmee wordt dit besluit doorgeschoven naar een kabinet dat nog geformeerd moet worden.