Mag Donald Trump wel op het stembiljet staan bij de presidentsverkiezingen op 5 november? Over die vraag buigt het Amerikaanse Hooggerechtshof zich vandaag.
Een hof van beroep in de staat Colorado oordeelde in december dat Trump zich niet verkiesbaar mag stellen als presidentskandidaat in die staat. Hij zou zich schuldig hebben gemaakt aan rebellie, vanwege zijn rol bij de bestorming van het Capitool in 2021.
Trump en enkele Republikeinse kiezers gingen tegen de uitspraak in beroep bij het federale Hooggerechtshof in Washington. De hoogste rechters van het land kunnen nu bepalen dat Trump inderdaad niet mag meedoen, óf oordelen dat staten zelf mogen bepalen of hij zich verkiesbaar mag stellen.
Ook de hoogste verkiezingsfunctionaris in de staat Maine wil Trump van het stembiljet weren. Zowel in Maine als Colorado kan Trump nog wel meedoen aan de voorverkiezingen, in afwachting van een oordeel van hogere rechters. Andere staten moeten nog een oordeel vellen. Een uitspraak van het federale Hooggerechtshof kan in alle gevallen helderheid verschaffen.
Wetsartikel uit 1868
De zaak draait om het veertiende amendement van de Amerikaanse grondwet. In artikel 3 staat dat een overheidsdienaar (officer of the United States) die betrokken is geweest bij een opstand of rebellie geen publieke functie (office) mag bekleden.
De passage is geschreven na de Amerikaanse Burgeroorlog om te voorkomen dat zuiderlingen die zich hadden afgescheiden van de VS nog een openbaar ambt zouden bekleden. Het wetsartikel uit 1868 is nog nooit gebruikt om een presidentskandidaat te weren.
De bestorming van het Capitool was in juridisch opzicht duidelijk een opstand en Trump was daarbij betrokken, zegt Mark Graber. Hij geldt als een van de meest vooraanstaande grondwetdeskundigen en schreef een boek over het veertiende amendement. "Er was sprake van een groep die zich verzette tegen de wet en met geweld een duidelijk doel probeerde te bereiken: een volgens hen gestolen verkiezing terugdraaien."
Dat Trump daarbij niet fysiek aanwezig was, pleit de oud-president volgens Graber niet vrij. "Als je bewust bijdraagt aan of opruit tot een opstand neem je eraan deel." Trump riep betogers op te vechten en deed urenlang niets nadat het Capitool vervolgens gewelddadig werd bestormd.
In deze terugblik zie je wat er gebeurde op 6 januari 2021, precies twee weken voordat Trump het Witte Huis uit moest:
Het tweede punt waarop de juridische discussie zich toespitst zijn de woorden officer of the United States en office. Trumps advocaten betogen dat die termen niet op de president slaan. Graber bestrijdt dat op basis van diepgaand historisch bronnenonderzoek: "Iedereen sprak in die tijd over de president als een officer of the United States, ook in het Congres."
Volgens hem is het onlogisch om aan te nemen dat de president buiten de omschrijving zou vallen. Graber stuurde het Hooggerechtshof ongevraagd juridisch advies in een zogeheten amicus brief (.pdf).
Precaire positie
Het Hooggerechtshof bestaat in meerderheid uit conservatieve rechters. Juist zij zouden waarde moeten hechten aan de historische context van het veertiende amendement: ze hangen het 'originalisme' aan, een juridische stroming waar bij onduidelijkheden in oude wetteksten de intentie van degenen die de wet maakten bepalend is. Dat brengt de conservatieve rechters nu in een precaire positie. Drie van hen zijn aangesteld door Trump.
De verdediging van Trump voert aan (.pdf) dat zijn uitsluiting het voor tientallen miljoenen Amerikanen onmogelijk zou maken op de kandidaat van hun voorkeur te stemmen, met een maatschappelijke en politieke heksenketel tot gevolg.
Voor de rechters zou dat geen rol moeten spelen, stelt Graber: die moeten zich volgens hem niet laten beïnvloeden door vrees voor maatschappelijke onrust. "Als je toegeeft aan geweld, verlies je je geloofwaardigheid als rechtbank."
Controversiële uitspraken
Slechts 42 procent van de Amerikanen heeft vertrouwen in het Hooggerechtshof als het gaat om onderwerpen die gerelateerd zijn aan de verkiezingen. Het Hof heeft onder progressieve Amerikanen flink aan vertrouwen ingeboet na controversiële uitspraken, zoals een blokkade op kwijtschelding van studieschulden en een verbod op positieve discriminatie op universiteiten. Ook veegde het Hof het landelijk recht op abortus van tafel. Daarnaast liggen enkele hoge rechters onder vuur vanwege het accepteren van giften.
Een uitspraak in deze zaak wordt binnen enkele weken verwacht. Trump ving dinsdag bot bij andere rechters. Hij claimde dat niet kan worden vervolgd voor de bestorming van het Capitool, omdat hij destijds nog president was en daarmee juridische immuniteit genoot. Maar de rechter oordeelde dat die alleen geldt tijdens de ambtstermijn, niet levenslang. Trump kan tegen dat oordeel nog in hoger beroep.