Hierdoor bevriest de ene autoruit wel en de andere (nog) niet
Autobezitters zullen het herkennen: de temperatuur komt onder het nulpunt en het is krabben geblazen. Maar in een straat met tientallen auto's kunnen er grote verschillen zijn tussen autoruiten. De ene ruit is bevroren, de andere niet. Hoe kan dat?
Een van de meest voor de hand liggende verklaringen, is volgens auto-expert Jos van der Drift van de ANWB de hoogte van de auto. De temperatuur is het laagst dicht bij de grond: koude lucht is zwaar en zakt naar beneden. "Auto's die het hoogst op de wielen staan zullen als laatst bevriezen."
Ook de plek maakt volgens de auto-expert uit. Geparkeerde auto's die uit de wind staan, zullen sneller met ijsvorming te maken krijgen. Bij meer wind, vermengt warmere lucht zich met koudere lucht. De temperatuur kan daardoor al snel een graad verschillen, met als gevolg dat er minder of geen ijsvorming ontstaat.
Auto's die in de buurt van een andere warmtebron staan, zoals een huis, zullen ook minder snel bevriezen dan auto's die daar niet bij in de buurt staan.
Maar een van de meest voorkomende oorzaken van bevriezing is volgens auto-expert Van der Drift een vieze autoruit. Een schoongemaakte ruit bevriest namelijk minder snel. "En dat geldt voor zowel de binnen- als de buitenkant van de ruit." Een autoruit die vies en vettig is, houdt meer vocht vast, dat weer kan bevriezen.
Het is altijd verstandig om voor vertrek de autoruiten te controleren. Want wie de weg op gaat met autoruiten die slecht zicht bieden, riskeert een boete van minimaal 160 euro.